ad 6. Zie de bijgevoegde bijlage. èd 7. Van een expliciet overleg met de raden van de aan de regeling Woon wagenschap Breda deelnemende gemeenten is ons niets bekend. Wel worden deze zaken, zowel in het dagelijks- als in het algemeen be stuur van het Woonwagenschap Breda, uitvoerig en indringend be sproken. ad 8. Over de aanwijzing van de tweede locatie in Breda zal de commissie sociale zaken, volksgezondheid, woningtoewijzing en coördinatie welzijnsbeleid zeker worden betrokken. ad 9. In het kader van het regelmatig overleg van het dagelijks bestuur van het Woonwagenschap en de bewonerscommissie is de commissie sociale zaken, volksgezondheid, woningtoewijzing en coördinatie welzijnsbeleid van de gemeente Breda geen partij. Deze commissie zal dan ook niet voor deze gesprekken worden uitgenodigd. VRAAG (gesteld d.d. 8 oktober 1978, ingevolge art. 40, 2e lid R.v.O.) De heer Garritsen: uit contacten met o.a. de bewoners van de vier woonwagens welke zich momenteel bevinden op het Chasséveld te Breda is mij gebleken dat het gemeentelijke beleid in deze kwestie nogal wat vragen op roept. Deze wil ik U krachtens artikel 40 van het regl. van orde schriftelijk stellen. 1Was het Uw college bekend dat op het moment dat U twee plaat sen achter de Boschstraat beschikbaar stelde er twee wagens het land afreisden om een standplaats te zoeken?

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 263