c -4- -5- meentefondsuitkeringen omdat de terugval in de uitkeringen is op- voor 80wordt gecompenseerd; op de tweede plaats lijkt het niet juist een enkel cijfer uit de totale prognose meer- van de sociografische dienst incidenteel te wijzigen. )rdt 3in 1.4.2. loon en prijsstijgingen. )as- Zoals hiervoor reeds gesteld zijn alle berekeningen ge >rzie- baseerd op constante prijzen met als basisjaar 1980. U zo V k< Voor de jaren t/m 1980 is met de volgende loon- en prijs stijgingspercentages gerekend: be- prijsstijging in loonstijging in 1976 8 7,8 (7,8) 1977 6 6 (6 .den 1978 4,5 (5,5) 6,9 (7 ing: 1979 4 (5,5) 5,4 (7 1980 3,5 (5,5) 4 (7 r de van De tussen haakjes vermelde percentages zijn bij de oor spronkelijke meerjarenramingen 1979-1982 aangehouden. atste che 1.4.3. renteomslagpercentage. Voor de toerekening van de rente aan de investeringen wordt, zoals U bekend zal zijn, uitgegaan van een omslagpercen tage gebaseerd op de begroting van de leningsdienst. Voor erwijl 1980 en volgende jaren zijn ter zake nieuwe berekeningen opgezet die leiden tot de volgende rente-omslagpercentages: heb- 1980 7,4% (7,7%) r 1981 7,5% (7,9%) ge- 1982 7,6% (8,1%) in- 1983 7,7% - t uit- De tussen haakjes vermelde percentages zijn bij de meer or jarenramingen 1979-1982 aangehouden. kings- Zoals uit het vorenstaande blijkt kan de rente-omslag worden e- verlaagd.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 390