bij bijl. nr. 98 II Hetzelfde geldt m.b.t. overige bouwwerken int een hoogte van 3 meter, welke overigens zonder vrijstelling toelaatbaar zijn. Be relatie met de landgoederen-zóne vereist een zeer zorgvuldige beleidslijn in dit bestemmingsplan t.a.v. allerlei bouwwerken i'n achtertuinen (een en ander geldt ook voor artikel 4» Eho). 7.4 Artikel 9. Openbaar groen De redactie van dit artikel wijkt in belangrjjce mate af van plan Midden I. Met name de bepaling inzake aanlegjrergunningen ontbreekt. Het is gewenscht deze ook in dit plan op te nemen o.a. in verband met de bestaande bomen in het plangebied op de gronden met de bestem ming openbaar groen (zie overigens opmerkirgpn in StAR-advies inzake plan Midden i). 7.5 Artikel 10 t/m 12. Verkeersdoeleinden In aanvulling op hetgeen in dit advies reeds is opgemerkt t.a.v. het verkeer, mag worden geconstateerd dat de bestemming Openbaar Erf, - in afwijking van voorgaande bestemmingsplannen in dit plan ontbreekt. Dit wordt door de StAR ongewenst geacht. Veelvuldig is gepleit voor de ontwikkeling van echte woonerven, in plaats van onduidelijk in de bebouwingspiannen aangegeven verkeersgebieden. Tot op heden zijn geen ontwerp-tekeningen bekend waaruit blijkt dat tijdig in de stedebouwkun- dige planvorming wordt gestreefd naar de inrichting van dergelijke ver- blijfsgebieden. By herhaling heeft de StAH dai ook kritiek geuit t.a.v. het kennelijk achterwege blijven van een voldoende doorwerkte visie t.a.v. deze erfgebiedfen, welke voor de leefbaarheid van het woonmilieu door alle beleidsniveaus als essentieel worfien beschouwd. Het is dan ook verontrustend dat'; thans een bestemmingsmtegorie "Openbaar Erf" welke althans het voornemen tot inrichting van woonerven nog enigszins tot uitdrukking brengt, in dit plan achterwtge blijft. In combinatie met de in het voorgaande geconstateerde tekortkomingen in groen- en speelvoorzieningen, moet worden geconcludeerd dat het be stemmingsplan onvoldoende waarborgen biedt voor een verantwoorde in richting van een verblijfsgebiedwaarbij met name ruimten, voorzieningen en garanties voor het spelende kind achterwege blijven. Voorts moet worden opgemerkt dat ook op de gronden met de bestemming Verkeersdoeleinden E, een aantal bestaande bomen voorkomen, welke beschermende bepalingen behoeven en onder de bestemming openbaar groen dienen te worden gebracht (aanlegvergunningen, geen verharding, e.d.).

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 464