-8- 5. Zoals uit het antwoord op vraag M blijkt, zijn wij niet meer gerechtigd om de stukken alsnog ter inzage te leggen. Overigens hebben wij de aanvraag en de bijbehorende stukken inmiddels aan de Districtscommandant der Rijkspolitie terug gezonden Indien de Kroon over enige tijd echter beslist, dat het landsbelang een vertrouwelijke behandeling van de vergun ningsaanvraag niet vereist, zal er ten aanzien van dat ver zoek een nieuwe openbare procedure worden gestart, zonodig met inachtneming van de beslissing van de Kroon. 6. Gelet op het vorenstaande zullen wij bevorderen, dat de vraag of er aanleiding bestaat tot het laten volgen van een bij zondere procedure in het kader van de Hinderwet door de aan vrager voortaan tijdig zal worden onderkend. Voor het overige geeft de ervaring die wij opgedaan hebben met het ter visie leggen van stukken ons geen aanleiding tot het treffen van nadere voorzieningen. VRAAG (gesteld ingevolge artikel 40, 2e lid R.v.O.) de heer H. van Dongen 1. Is het juist dat door het college op 28 april 1978 aan de be woners van Driekoningenoord de toezegging is gedaan, dat in Breda een tweede standplaats bestemd voor 30 wagens, snel gerealiseerd zou worden? 2. Is het juist, dat het zich gebonden weten aan het huidige pro gramma-akkoord, met name de bestuurlijke afspraken toegespitst op de openbaarheid, de oorzaak is, dat er bij de bewoners van het Driekoningenoord en Tuinzigt zoveel onrust en spanningen zijn ontstaan? 3. Is het juist dat er in 1979 nog noodcentra gerealiseerd worden en dat de plaatsen van deze centra zouden kunnen zijn: Haagse Beemden, en/of ergens in Breda en/of in de buurt van Driekoningenoord?

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1979 | | pagina 778