bijl. nr. 200
-5-
In het huidige Streekplanproject wordt nu de verstedelijking
gebundeld binnen de Stadsregio's, welke als geheel in groei-
3)
klasse 5 zijn ondergebracht. De groei van de afzonderlijke
kernen daarbinnen wordt in eerste instantie niet nader aan
geduid doch "bepaald op basis van de meest wenselijke ont
wikkeling binnen de stadsregio" (pag. 82).
•In principe wordt hiermede het suburbanisatievraagstuk ver
sluierd. De stedelijke activiteiten worden immers gebundeld
in de stadsregio's, zonder duidelijke uitspraken te doen
over de (noodzaak tot) concentratie binnen stadsregionaal
verband. De duidelijkheid die in deze in de Regeringsbeslissing
inzake de verstedelijking wordt gegeven, ontbreekt hier ten
enemale.
In deze Regeringsbeslissing wordt op pag. 22 gesteld:
"Het inrichtingsbeleid is erop gericht de bevolkingsgroei
in belangrijke mate in de steden op te vangen om van de bë-
staande stedelijke voorzieningen een zo goed mogelijk ge
bruik te maken en de ecologisch en landschappelijke waarden
te beschermen.
- Voor zover woningbouw als gevolg van migratie uit de Rand
stad onontkoombaar is, zal deze zoveel mogelijk in West-
Brabant moeten plaatsvinden.
- Breda biedt hiervoor de beste mogelijkheden en wordt mede
om de suburbanisatie gebundeld op te vangen aangewezen als
groeistad met de taak in de eerstkomende 10 jaar minstens
10.000 woningen te bouwen, waaronder de ca. 8.000 woningen
in Haagse Beemden" in feite 9*000 woningen in de eerste en
tweede fase).
3) De groeiklasse houdt in, dat zij fungeert als opvang van de
woningbehoefte voorzover deze niet in de groeiklasse 1 t/m 3
kan plaatsvinden, alsmede van de woningbehoefte ten gevolge
van vestigingsoverschotten van buiten het streekplangebied.