bijl. nr. 240 2. Dat er gesproken wordt over de "uitvoering van werkzaam heden" zonder dat de door de gemeente bedoelde werkzaam heden ook maar in enig opzicht worden gespecificeerd; hij is van oordeel dat een dergelijke aanschrijving niet als zorgvuldig bestuur kan worden aangemerkt. 3. Dat de uitvoering van werkzaamheden praktisch niet haal baar is zolang de huurders van het pand deze woning be trekken; betrokkene meent, dat ten onrechte daaraan door de gemeente geen aandacht is geschonken. 4. Dat betrokkene contact heeft gehad met de dienst van openbare werken over aankoop van het pand door de ge meente. De gemeente heeft het pand getaxeerd op 60.000,Betrokkene heeft het pand in december 1978 voor 78.000,k.k. aangekocht en onder deze omstandig heden kan niet van hem in redelijkheid verwacht worden, dat hij op een aanbod van de gemeente van 60.000, ingaat. Hij is voorts van oordeel dat de aanschrijving tot verbetering van de woning c.q. de aanzegging van de procedure tot onbewoonbaarverklaring van de woning pres siemiddelen zijn om hem alsnog tot aankoop te doen be sluiten. Deze wettelijke maatregelen worden dan voor een ander doel gebruikt dan waarvoor zij zijn bestemd. ad 1In het kader van de stadsvernieuwing betreffende Spoorbuurt-West is door de afdeling bouw- en woning toezicht van de dienst van openbare werken een onder zoek ingesteld naar de bouwtechnische en onderhouds- toestand van de woning Spoorstraat 41. Uit het onderzoek is gebleken, dat de hoofdconstructie van het pand ernstige gebreken vertoont en het onder houd in ernstige mate is verwaarloosd. De woning verkeert in een dusdanige slechte staat, dat indien de eigenaar op generlei wijze voldoet aan het gestelde in de aanschrijving, het uitvoeren van werkzaamheden van gemeentewege economisch niet verant woord wordt geacht en de woning voor onbewoonbaarver klaring zal worden voorgedragen. -2-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 1038