bijl. nr. 308 b. binnen de voorhanden zijnde mogelijkheden zijn door het stadsgewest pogingen gedaan om het kwantitatie ve aspect wat meer te benadrukken. Door het verzame len van ervaringen van ondernemers, eigenaren en beheerders van recreatie-accommodaties heeft men ge tracht de kwalitatieve dimensie van gegevens te ver groten Jammer blijft echter dat verschillende groepen recre anten zelf niet aan bod komen. 3.1. Gegevens over vraag en aanbod. Bij de verwerking van gegevens over vraag en aanbod heeft men zich geconformeerd aan de indeling in re- creatievormen zoals deze is gebruikt bij het Streek planproject West-Brabant Ruimtelijke Hoofdstructuur. Deze indeling in drie hoofdvormen: dagrecreatie in natuur en landschap, dagrecreatief concentratiepunt en oeverrecreatie is uitgebreid met de vormen water recreatie en verblijfsrecreatieDeze indeling is onzes inziens nogal rigide gehanteerd, zodat er een beeld ontstaat dat aanleiding zou kunnen geven tot het geheel separaat zoeken van oplossingen voor knel punten aan activiteiten binnen de hoofdvormen zelf. Wij zijn van mening dat, wanneer men in het vervolg van de basisplanactiviteiten voor bepaalde oplossin gen kiest, die oplossingen de voorkeur verdienen die aan meer dan één recreatievorm en/of -activiteit ten goede komen. 3.2. Berekening van vraag en aanbod. In de rapportage worden voor het prognosejaar (1990) twee vraagsituaties bekeken. In het ene geval wordt uitgegaan van deelnamepercentages die overeenkomen met de huidige deelname en in het andere geval wordt met deelnamepercentages gewerkt die gebaseerd zijn op verwachtingen. -6

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 1348