bijl. nr. 308
Voorstel
Hoewel in formele zin de rapportage van de eerste fa
se enkel een verslag is van de stand van zaken op dit
moment met betrekking tot de activiteiten om te komen
tot een basisplan voor de openluchtrecreatie, is ons
college van mening Uw raad voor te stellen het dage
lijks bestuur van het stadsgewest Breda ervan in ken
nis te stellen dat Uw raad
- kennis heeft genomen van de rapportage van de eerste
fase basisplan openluchtrecreatie;
- constateert dat een nadere verdieping van de gegevens
omtrent het recreatiegedrag van de diverse groepen en
sociale klassen gewenst is;
- van mening is dat bij een afwegingsproces met betrek
king tot oplossingen in de tweede fase een drietal
uitgangspunten als toetsingscriteria gehanteerd zou
den moeten worden, te weten:
a. primair staan de wensen en behoeften van die groe
pen in de samenleving die vanwege hun situatie in
het nadeel zijn met betrekking tot de mogelijkhe
den tot deelnemen aan recreatie;
b. gestreefd moet worden naar een optimale combinatie
van oplossingen van knelpunten en het zoveel moge
lijk realiseren van geïntegreerde maatregelen en
voorzieningen
c -recreatieve maatregelen en voorzieningen in en na
bij de woonomgeving verdienen de voorkeur;
- van mening is dat bij de verdere planvorming een gro
tere betrokkenheid van de recreant zelf van groot be
lang is en ziet hieromtrent gaarne voorstellen tege
moet
- het noodzakelijk acht tenminste de ontwikkeling van
de Galderse Meren als recreatiegebied versneld aan te
pakken door middel van het nu reeds opstellen van een
deelplan voor het betreffende gebied.
-12-