bijl. nr. 342 1inzicht in de behoefte aan sportvoorzieningen; 2. beperking van de bouwhoogte tot 7 meter (2 lagen); 3. de bebouwing dient aan te sluiten bij de bebouwing in de om geving; 4. de bouwmassa moet interressant en visueel transparant zijn; 5. het parkeren dient op eigen terrein te geschieden; 6. bezien dient te worden of ontsluiting via de Topaasstraat tot de mogelijkheden behoort. Met betrekking tot de door de stedebouwkundige adviesraad ge maakte opmerkingen delen wij IJ het volgende mede-, ad 1. zoals gesteld zijn er reeds vanaf 1970 besprekingen gaande tussen de gemeente Breda, de schoolbesturen en het minis terie van onderwijs en wetenschappen over het onderhavige terrein. Sedertdien hebben wij het terrein buiten beschou wing gelaten betreffende het voorzien in de geraamde be hoefte aan sportterreinen, ad 2, 3 en 4. volgens het ontwerp bestemmingsplan is een hoogte van maxi maal 10,50 m. mogelijk. Gezien de ligging van het bouw terrein, waarbij de afstand tot de dichtst bijzijnde een gezinshuizen ten minste 50 meter zal bedragen, is de hoogt ruimtelijk zeker aanvaardbaar te achten. Het is te verwachten dat de op te richten bebouwing hoofd zakelijk uit 2 lagen zal bestaan, waarop incidenteel een 3e bouwlaag niet uitgesloten moet worden geacht. Wij zijn van mening dat met een toelaatbare hoogte van 10,50 meter kan worden volstaan. De bebouwingshoogte is tot deze maat teruggebracht. De verschijningsvorm zal zowel architectonisch als qua materiaaltoepassing worden beoordeeld door de welstands commissie en aan de eisen van welstand moeten voldoen, ad 5. voor wat betreft het parkeren zal onderzocht worden of dit kan plaatsvinden in combinatie met parkeervoorzieningen ten behoeve van het aangrenzend sportcomplex. Indien dit niet mogelijk blijkt te zijn dan zal het parkeren geheel op eigen terrein dienen te geschieden, ad 6. met betrekking tot de ontsluiting merken wij het volgende op. Het onderhavige bouwterrein is gesitueerd aan de -3-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 1493