bijl. nr. 342
Nieuwe Inslag, een straat die als weinig gevoelig voor
extra verkeer kan worden beschouwd.
Wij zijn van mening dat de plaatskeuze verkeerstechnisch
als verantwoord kan worden beschouwd. Wel is de aanleg
van een voet-fietspadverbinding naar de lopaasstraat
wenselijk en mogelijk.
Ten aanzien van de in het StAR advies aangehaalde opmerkingen
van omwonenden gedaan in de door de StAR belegde hearing mer
ken wij het volgende op.
Er kunnen praktisch geen toezeggingen worden gedaan dat aan be
paalde terreinen nooit een andere bestemming zal worden gege
ven, dan is opgenomen in het bestemmingsplan. Van kracht zijnde
bestemmingsplannen kunnen o.a. ten gevolge van gewijzigde be
hoeften en veranderde inzichten worden gewijzigd volgens de
daarvoor in de wet op de ruimtelijke ordening vastgelegde pro
cedures. Met betrekking tot het aanbrengen van vernielingen aan
op straat geparkeerde auto's willen wij stellen dat dit niet
alleen of in het bijzonder aan de schoolgaande jeugd kan worden
toegeschreven.
Het terrein dat gelegen is naast de sporthal en waarop ook een
handbalveld is gelegen maakt deel uit van het onderhavige «plan.
Met de door de P.P.C. bij haar schrijven van 29 augustus 1977
gemaakte opmerkingen is in de toelichting en voorschriften be
horende bij de onderhavige partiële herziening rekening gehou
den.
Ten aanzien van de financiële aspecten van de partiële herzie
ning mogen wij U verwijzen naar de bij het plan behorende toe
lichting.
De kaart van de partiële herziening 1977/2 van het bestemmings
plan Brabantpark B 1960 (tekening nr. 48696*), met bijbehorende
voorschriften en toelichting en het advies van de stedebouw-
kundige adviesraad zijn in de leeskamer ter inzage gelegd
alsmede het ingekomen bezwaarschrift.
Wij stellen U voor de partiële herziening 1977/2 van het be
stemmingsplan Brabantpark B 1960 vast te stellen conform bij
gevoegd concept-besluit en het ingediende bezwaarschrift van
appellant ongegrond te verklaren.
-4-
