Iggh aan de raad der gemeente Breda P Bijlage nr.351 9-9-1980 St/2/71931 Voorstel van burgemeester en wethouders tot het nemen van een verdagingsbesluit ex arti kel 25 wet ruimtelijke orde ning voor ten hoogste drie maanden inzake vaststelling van 96 bestemmingsplannen "verspreid liggende terrei nen" Op 25 juni 1979 besloot Uw raad in te stemmen met het voorstel van ons college tot instemming met de aanpak op korte en lange termijn van de problematiek met betrekking tot de perifere de tailhandelsvestigingen en tot het nemen van voorbereidingsbe- sluiten voor verspreide gebieden. Inmiddels is Uw raad tussentijds geïnformeerd (op 19 juni j.l.) over de voortgang van uitvoering van bovengenoemd raadsbesluit. Tevens heeft Uw raad op 19 juni j.l. wederom' een vijftal zgn. voorbereidingsbesluiten genomen voor een aantal verspreid lig gende terreinen, waarvoor nog geen bestemmingsplan kan worden voorbereid Op 20 juni j.l. zijn door ons college een maand 96 ontwerp-be- stemmingsplannen "verspreid liggende terreinen" ter visie ge legd. In het kader van de wet op de ruimtelijke ordening dienen deze bestemmingsplannen voor 20 oktober aanstaande door Uw raad te worden vastgesteld, behoudens de mogelijkheid tot verdaging voor ten hoogste drie maanden. In verband met het nog niet afgerond zijn van het vooroverleg over genoemde 96 bestemmingsplannen met de provincie wordt Uw raad voorgesteld confo.rm bijgaand raadsbesluit te besluiten ex artikel 25 wet op de ruimtelijke ordening de vaststelling van de 96 ontwerp-bestemmingsplannen voor ten hoogste drie maanden te verdagen. De indieners van bezwaarschriften, de provincie en de Rijks consulent voor Handel, Ambachten en Diensten zullen van dit besluit schriftelijk op de hoogte worden gesteld. Ons college doet dit voorstel overeenkomstig het advies van de commissie ruimtelijke ordening. Burgemeester en wethouders van Breda, Merkx burgemeester. Van den Dam secretaris.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 1563