Artikel 64g
1. De leden van een commissie, die geen raadslid zijn en
die geen vergoeding ontvangen als bedoeld in artikel
64h, tweede lid, ontvangen voor het bijwonen van ver
gaderingen van de commissie een vergoeding. Deze ver
goeding wordt door de raad bij verordening vastgesteld
naar bij algemene maatregel van bestuur te stellen
nadere regelen. De verordening wordt aan Gedeputeerde
Staten gezonden.
2. De leden van een commissie die geen raadslid zijn, ont
vangen, voor zover de raad het bepaalt, een vergoeding
van reis- en verblijfkosten in verband met reizen bin
nen de gemeente. Deze vergoeding wordt door de raad
bij verordening vastgesteld. Wij kunnen bij algemene
maatregel van bestuur nadere regelen stellen ten aan
zien van de vergoeding.
De verordening wordt aan Gedeputeerde Staten gezonden.
3. Omtrent de in het eerste en tweede lid bedoelde alge
mene maatregel van bestuur worden Gedeputeerde Staten
gehoord.
4. Het bepaalde in het eerste en tweede lid is niet van
toepassing op ambtenaren die als zodanig tot lid van
een commissie zijn benoemd. Onder ambtenaren zijn be
grepen zij die op arbeidsovereenkomst naar burgerlijk
recht in dienst van de overheid zijn.
Artikel 64h
1. In bij algemene maatregel van bestuur aan te wijzen
gevallen kan de raad bepalen dat de in artikel 64g,
eerste lid, vermelde leden van een commissie een ver
goeding voor het bijwonen van de vergaderingen van de
commissie ontvangen die afwijkt van de in artikel 54g,
eerste lid, bedoelde regelen.
2. In bijzondere gevallen kan de raad bepalen, dat de t
leden van het dagelijks bestuur van een commissie, die
geen lid zijn van het college van burgemeester en wet
houders, een vaste vergoeding voor hun werkzaamheden
ontvangen
3. De in het eerste en tweede lid bedoelde vergoedingen
worden door de raad bij verordening vastgesteld, onder
goedkeuring van Gedeputeerde Staten. De artikelen 230,
231, 232, 235, 236 en 237, tweede lid, zijn van over
eenkomstige toepassing.
Wij kunnen ten aanzien van deze vergoedingen bij alge
mene maatregel van bestuur, Gedeputeerde Staten ge
hoord, nadere regelen stellen.
Artikel 64i
Aan de leden van de raad en de personen genoemd in de
artikelen 64g, eerste lid en 64h, tweede lid, die geen
lid van het college van burgemeester en wethouders zijn,
-8-