aan de raad der
gemeente Breda
14-10-1980
F/2/72233
i 1.
Krachtens raadsbesluit van 16 november 1971 is de lenersvergoe
ding van de gemeentelijke kredietbank, ingaande 1 januari 1972,
herzien. In ons desbetreffend voorstel (bijlage 291) hebben
wij erop gewezen, dat bij herziening van de maximum-1ar ieven
volgens de wet op het consumptief geldkrediet, ook de leners-
vergoeding van de gemeentelijke kredietbank automatisch wordt
aangepast. In het zelfde voorstel hebben wij U toegezegd Uw
raad een nieuw overzicht van de kredietkosten te verstrekken
zodra de limieten van de wet op het consumptief geldkrediet
zouden worden gewijzigd.
Bij beschikking van de staatssecretaris van cultuur, recreatie
en maatschappelijk werk d.d. 3 juli 1980, nr. 5717, gepubliceerd
in de Nederlandse Staatscourant d.d. 8 juli 1980 nr. 129, zijn
de maximum-1ar ieven ingevolge de wet op het consumptief geld-
krediet gewijzigd.
Deze tarieven treden in werking 1 augustus 1980. De tariefwijzi
ging van 28 april 1980 is hiermede vervallen.
De beschikking handhaaft voor de berekening van de maximale
kredietvergoeding de methode van de enkelvoudige interest en
de gemiddelde looptijd. Het interestpercentage wordt bepaald
naar een rekenkundig~gemidde1de via een schijventariefDit
schijventarief luidt thans als volgt:
- van f 0-- -tot en met f 5.000,-- een tarief naar 22% per jaar
(oude tarief 22 8per jaar)
- boven f 5.000,-- een tarief naar 16% per jaar (oud tarief
16,8% per jaar).
Bijlage nummer
417
Mededeling van burgemeester en
wethouders inzake de tarieven
van de gemeentelijke krediet.-
bank.