bijl.nr.463 Met betrekking tot het verzoek het kathedraalterrein te verharden zolang hier niet tot bebouwing wordt overgegaan, is naar aanleiding van een reeds eerder door appellant geschreven verzoek hiertoe hem meegedeeld dat dit financieel onverantwoord wordt geacht, tenzij blijkt dat de termijn waarbinnen hier gebouwd gaat worden aanzienlijk langer gaat duren. Ad. D. De door de appellant bedoelde uitbreiding van de bestemming centrumfunktiss en wonen is reeds vervat in de bestemmings- paschrijving zodat het voor een ieder duidelijk kan zijn wat onder deze bestemming"moet worden verstaan. De noodzaak tot het laten vervallen van de uitwerkingsbevoegd heid ex art. 11 wordt door de appellant niet nader gemotiveerd. De aanleiding voor deze globale regeling is echter gelegen in het binnen de uitwerkingsregels kunnen ontwikkelen van een aantal alternatieve oplossingen voor deze complexe- opgave en de mogelijkheid in een later stadium uit deze alternatieven op grond van meer konkrete informatie de keuze te bepalen. De Dieststraat vormt een belangrijke verbinding - met name voor voetgangers - tussen de Haagdijk en het plangebied. Uitgaande van handhaving van deze verbinding is het gebied met de bestemming centrumfunkties en wonen beperkt tot de oostelijke wand van deze straat. Omdat het gebied met de bestemming centrumfunkties en wonen van voldoende omvang is om de gewenste parkeerkapaciteit hier te kunnen realiseren wordt niet overwogen deze bestemming uit te breiden in de richting van het woongebied. Het doortrekken van de Lunetstraat richting Middellaan is met opzet uit het plan verdwenen om de nu geprojekteerde verkeerscirculatie mogelijk te maken met de bedoeling het doorgaand verkeer doorde buurt zoveel mogelijk te elimineren. In de visie van de appellant wordt de Middellaan met opzet een invalsweg ten behoeve van doorgaand verkeer en voor het verkeer met de bestemming parkeergarage. In de gemeentelijk visie is het juist de Tramsingel-Nieuwe Prinsenkade die deze funktie zal moeten vervullen. Omdat in de gemeentelijke visie geen sprake is van een belangrijke verkeerslus door het plangebied, bestaat er ook geen behoefte aan het afschuinen van de haakse rooilijn, op de hoek Prinsenkade,-Middellaan om deze verkeerslus herkenbaar te maken. Ad. E. Na herhaalde pogingen tot een telefonisch kontakt met de appellant Nelissen te Haarlem is het niet gelukt de juiste motieven die hebben geleid tot het indienen van dit bezwaarschrift te achterhalen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 2080