bijl. nr. 58 -6- kalenderjaar 560, inclusief wat men zou kunnen noemen de kleinere branden. Dit beeld wijkt niet af van landelijke tendenzen In mijn beide door U genoemde hoedanigheden kan ik het door U gesignaleerde gevoel van bezorgdheid delen. Ad. 2. Een aanzienlijk aantal branden, met name in leegstaande ge bouwen, sloopwoningen, afvalmaterialencontainers, enz. worden moedwillig veroorzaakt. Dit bedraagt ongeveer 25% van alle branden De branden in het voormalige g.ts-gebouw aan het Van Coothplein zijn moedwillig gesticht. Een aantal jongeren hebben dit tegen over de politie bekend. Ad. 3. Over het algemeen heb ik de overtuiging, dat het optreden van de plaatselijke brandweer en de gemeentepolitie van dien aard is, dat slechts sporadisch sprake is geweest van situaties, waardoor algeheel gevoel van onbehagen ontstaat. Ad. 4. Preventieve maatregelen - op grond van wettelijke bepalingen en verordeningen - worden voorgeschreven in situaties, waar door de aard van de omstandigheden het brandgevaar verhoogd is of waar bescherming van betrokkenen extra aandacht vraagt. Aan de gemeenteraad zal binnenkort een brandbeveiligingsver ordening ter vaststelling worden voorgelegd. De commissie algemene zaken heeft daarover reeds gunstig geadviseerd. De maatregelen kunnen uiteraard niet gericht zijn op het voor komen van brandstichtingen. Ei mag ook niet verwacht worden, dat objecten, die mogelijkerwijze het doelwit van brandstichting worden, permanent onder bewaking worden gesteld. VRAAG (d.d. 4-1-1980 gesteld ing. art. 40, 2e lid R.v.O.) Mevrouw Gosschalk en de heer Crul De gebeurtenissen op en rond het NAC-terrein op zaterdag 6 oktober j.l. rond de wedstrijd NAC-Feijenoord staan nog steeds ir. de belangstelling.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1980 | | pagina 302