bijl. nr. 83 -3-
Amsterdamse Huidenclub, het Centraal Bureau Slachtveeverze
kering, J. Baggen, H. van Praag, H. Rutten, het Centraal
Dierengeneeskundig Instituut, de Stichting Slagersvakonder
wijs, N.V. Clerque Huidenhandelde R.K. Slagersvereniging
St. Antonius Abt, N.V. Ligos en J. van de Bos.
Onderhandelingen over verkoop.
Krachtens raadsbesluit van 13 september 1979 is een krediet
beschikbaar van 2.500.000,voor het treffen van een aan
tal noodzakelijke voorzieningen. Bij de voorbereiding van
dit project is gebleken, dat er problemen waren bij het op
stellen van een meerjarige garantieverklaring van de gros
siers
Een dergelijke garantieverklaring is nodig voor het ver
krijgen van een subsidie uit het Europese Oriëntatie- en Ga
rantiefonds voor de Landbouw.
In dit kader is er van de zijde van de grossiers sterk op aan
gedrongen, dat de gemeente de reserves van het slachtuis zou
aanwenden en is ernstig bezwaar gemaakt tegen tariefsaan
passingen. In feite gaat het veel meer om zeggenschap in ex
ploitatie en bedrijfsvoering van het openbaar slachthuis,
waarbij zij ongetwijfeld veel belang hebben.
Mede gelet op de landelijke ontwikkelingen hebben wij toen
overwogen of ook voor Breda de tijd is aangebroken om het
openbaar slachthuis over te dragen aan de belanghebbende
vleesgrossiers. In deze overwegingen is grote waarde toege
kend aan behoud van de directe werkgelegenheid van een 200
personen, waarvan 22 in gemeentedienst. Wij zijn tot de
overtuiging gekomen, dat een grotere binding aan het open
baar slachthuis van de vleesgrossiers dan thans het geval is
een beter perspectief biedt voor continuïteit van het Bredase
slachthuisgebeuren dan blijvende exploitatie door de ge
meente, tenzij de gemeente bereid zou zijn negatieve exploi
tatieresultaten te aanvaarden.
Het is moeilijk hiervoor harde bewijzen aan te voeren, maar
de gehele ontwikkeling in deze bedrijfstak kritisch volgend
achten wij een onderzoek naar de marktpositie van het Bre
dase slachthuis nu en in de toekomst minder opportuun.