bijl, nr. 143
-2-
Alle pogingen van de Rijkspostspaarbank en de gemeente Breda om
de eigenaar weer in het goede spoor te krijgen zijn mislukt.
Gezien het vorenstaande hebben wij dan ook de Rijkspostspaarbank
toestemming gegeven tot openbare verkoop van de woning Tetering-
sedijk 242.
Het onroerend goed is voor de prijs van 72.250,aan de nieuwe
koper gegund en is op 30 mei 1979 aan hem voor bedoeld bedrag
toegewezen.
De ter zake opgestelde stukken hebben wij voor U vertrouwelijk
ter visie gelegd*.
Ten aanzien van de uit de bovenomschreven openbare verkoop voort
vloeiende financiële consequenties mogen wij U het volgende mede
delen
In de betreffende voorwaarden en bepalingen voor het garanderen
van rente en aflossing van een lening is de omvang van de aan
sprakelijkheid van de gemeente uit hoofde van de borgtocht vast
gelegd. Deze is bepaald op de vordering van de geldgever uit
hoofde van de overeenkomst van geldlening op de datum van de toe
wijzing ingevolge de openbare verkoop.
De vordering bestaat op de eerste plaats uit het op die datum nog
niet afgeloste (gedeelte van de) hoofdsom; verder uit de tot die
datum berekende rente over de (restant) hoofdsom en dan eventueel
ingevolge de overeenkomst van geldlening verschuldigde boeten en
kosten.
Uit de betreffende overeenkomst zal dan ook uiteraard moeten
blijken welke boeten (eventueel in de vorm van renten) de geld
gever in rekening kan brengen.
Zoals wij U reeds hebben medegedeeld loopt de rente tot de datum
van de toewijzing ingevolge de openbare verkoop. Voor de rente
tot de datum, waarop de koper de koopsom betaalt, is de gemeente
niet aansprakelijk.
De Rijkspostspaarbank heeft de gemeente Breda bij schrijven d.d.
8 oktober 1979, nummer W 891-69060*, aangesproken voor een totaal
bedrag van 24.724,89.