bijl. nr. 145
Zoals U wellicht bekend zal zijn wordt de gemeentelijke
garantie verleend in de vorm van "borgtocht". Dit impliceert
dat de betreffende bepalingen van het Burgerlijk Wetboek van
toepassing zijn, voor zover hiervan niet uitdrukkelijk is af
geweken
Zo bepaalt artikel 1877 van het Burgerlijk Wetboek het volgende:
"De borg die de schuld betaald heeft treedt van regtswege in
"alle regten welke de schuldeiser tegen den schuldenaar gehad
"heeft".
In het kort komt het hier op neer dat de gemeente Breda een
vordering van per saldo 24.304,47 blijft houden (als concurente
schuldeiseres) op de toenmalige eigenaar, die wij inmiddels van
bedoelde vordering in kennis hebben gesteld.
Het komt ons onwaarschijnlijk voor dat bedoeld bedrag door hem
terugbetaald zal/kan worden. Het lijkt ons voorshands op zijn
plaats om 50? van het verlies ad 12.153,-- ten'laste te brengen
van de post "onvoorziene uitgaven".
Wij zullen in ieder geval proberen om de vordering "binnen"
zien te krijgen.
In dit verband zullen wij U van een en ander op de hoogte houden.
Gezien het vorenstaande stellen wij U voor een krediet van
24.305,-- te voteren overeenkomstig het bij dit voorstel
behorende concept-raadsbesluit.
Wij doen dit voorstel overeenkpmstig het advies van de commissie
voor financiën.
Burgemeester en wethouders van Breda,
Merkx burgemeester.
Van den Dam secretaris.
*ligt ter visie