Artikel 39-
bij bijlage nr. 145
Jaarlijks, voor een door burgemeester en wethouders te bepalen
datum, zendt de comptabele de rekening als bedoeld in artikel
255 van de gemeentewet, met de daarbij behorende toelichting,
aan burgemeester en wethouders.
Artikel 40.
De rekening als bedoeld in artikel 39 dient vergezeld te zijn
van de in de rekeningsvoorschriften en de nader door burgemeester
en wethouders voorgeschreven bescheiden alsmede een memorie van
toelichting.
Deze memorie van toelichting wordt ingericht volgens de door
burgemeester en wethouders gegeven richtlijnen. In deze memorie
van toelichting wordt onder meer opgenomen een analyse van de
afwijking tussen de saldi van de gewone dienst en de kapitaal-
dienst van de oorspronkelijke begroting en de saldi van de reke
ning.
Artikel 41
De rekening als bedoeld in artikel 39 wordt opgemaakt door het
hoofd bureau comptabiliteit en ondertekend door de comptabele,
zo nodig onder aantekening van hetgeen hij te zijner verant
woording dienstig acht.
Doelmatigheid
Artikel 42.
De directeur/afdelingschef is verantwoordelijk voor een doel
matige besteding van het aan zijn huishouding/afdeling toege
wezen budget.
Artikel 43.
Indien de comptabele van oordeel is, dat op enige wijze een
meer doelmatig financieel beheer van de algemene dienst kan