aan de raad der
gemeente Breda
St/44984
Bijlage nr. 155
Voorstel van burgemeester en wet
houders met betrekking tot de uit
werking van het parkeerbeheer in
de binnenstad.
Inleiding.
In Uw vergadering van 16 maart 1978 is Uw raad akkoord gegaan
met de inhoud van de U aangeboden nota "parkeerbeheer".
Dit betekende, dat U toen instemde met de bouw van vier parkeer
garages in de binnenstad en wel
a. aan de Mr. Dr. Frederiksstraat
b. op het terrein tussen de Ginnekenstraat en Achter de Lange
Stallen;
c. op het terrein Beijerd/Vlaszak;
d. een in het westelijk stadsdeel op een nog nader aan te geven
plaats
In Uw vergadering van 11 juni^ j.l. besloot U ten aanzien van d.
het voormalig kathedraalterrein aan de Prinsenkade aan te wijzen
als plaats voor de bouw van een parkeergarage.
Nu de parkeergarage in de Mr. Dr. Frederiksstraat in gebruik is,
de behoefte aan een fietsenstalling in de binnenstad zich steeds
ernstiger doet gevoelen en de bewoners van woningen rond de
binnenstad bevrijd dienen te worden van de parkeeroverlast, die
zij dagelijks in steeds ernstiger mate ondervinden, is naar onze
mening de tijd gekomen om het gehele parkeergebeuren in de bin
nenstad eens nader onder de loupe te nemen en daarvoor zo moge
lijk regelingen te treffen.
Beheer
De parkeermeters en parkeerautomaten vallen onder het regiem van
gemeentelijke belastingverordeningen. Alleen daarom reeds is
de gemeente de aangewezen instantie om die voorzieningen te
beheren
Anders is het gesteld met parkeergarages en met een fietsen-