bijl. nr. 220
In het kader van het vestigings- en werkgelegenheidsbeleid
dient voorkomen te worden, dat aantrekkelijke bedrijven aan
Breda voorbijgaan en bestaande Bredase bedrijven, vanwege
ruimtegebrek, naar andere gemeenten moeten uitwijken.
Het voorbereidingsbesluitdat op 15 november 1979 door Uw
raad werd genomen, omvatte het gebied tussen de rijksweg
Breda-Gorinchem, Tilburgseweg, Nieuwe Kadijk en spoorlijn.
Voorts was de bedoeling om als vervolg op dat voorbereidings
besluit voor dit gebied een herzien (meer gedetailleerd) be
stemmingsplan in procedure te brengen, indien met Almas B.V.
geen overeenstemming zou worden bereikt.
Daardoor zou voor dat gebied een uniforme regeling kunnen
gaan gelden, die rekening houdt met de omstandigheid, dat
particuliere eigendommen onderdeel van het plan uitmaken.
In dit verband verwijzen wij ook naar het standpunt van de
inspecteur van de ruimtelijke ordening.*
Enkele bedrijven willen zich op korte termijn in het ge
bied Moleneind-Oost vestigen.
Vanwege het voorbereidingsbesluit zouden - alvorens bouw
vergunningen kunnen worden afgegeven - (tijdrovende) pro
cedures op grond van het bepaalde in artikel 50 lid 8 van
de Woningwet (de zogenaamde anticipatieprocedures) moeten
worden gevoerd.
Wij zijn van mening, dat de nog lopende onderhandelingen
met Almas B.V. de vestiging van bedrijven in Moleneind-Oost
niet nog langer mogen ophouden.
Vooruitlopend op het resultaat van de onderhandelingen met
Almas B.V. - en het daarvan afhankelijke voorstel, dat
wij U zullen doen, zoals wij hiervoor hebben weergegeven -
stellen wij U voor een gedeelte van het voorbereidingsbe
sluit d.d. 15 november 1979 in te trekken.
Dit gedeelte is aangegeven op tekening nr. 51842.*
-2-