"bijl. nr. 21 2 over haar plannen m.b.t. sluiting van het bedrijf in Breda. Tevens vond in deze week de tweede bijeenkomst plaats van de zogeheten "Stuurgroep Enka". In die bijeenkomst deelde de voorzitter van de Ondernemingsraad Enka Breda mede, dat de Technisch Economische Commissie de plannen van de Enka-leiding bestudeerde. De vertegenwoordigers van de vakorganisaties deelden mede, dat de eerste informatieve gesprekken met de Ehka-leiding bedroevend verlopen waren. Door de Raad van Bestuur werd aan de vakorganisaties medegeeeld, dat er tussen Enka en de gemeente Breda andere afspraken zouden bestaan dan tussen Enka en de vakorganisaties. Op de vraag of dit juist was, is door de wethouder van Economische Zaken - voorzitter van de stuurgroep - gesteld dat er géén afspraken met Enka zijn, anders dan met vakorganisaties. Toegezegd werd, dat in het aangevraagde gesprek met de Raad van Bestuur van Enka nadrukkelijk gevraagd zal worden door de gemeente naar de verschillen in afspraken. De voorzitter heeft aan de vergadering medegedeeld, dat het College van B en een brief naar Den Haag heeft gezonden. Vraag van de gemeente in de vergadering was: Er ligt een aanvraag van een bedrijf om zich in Breda te vestigen. Er is geen vrijheid voor de gemeente om dit bedrijf te verwijzen naar het Enka-terrein. Hoe te handelen? De vergadering gaat akkoord met de volgende procedure: de gemeente zal aan de Enka-leiding vragen om de terrein-situatie inzichtelijk te maken, met name betreffende het ruimte-beslag spinnerij textureerderijSikkens, E.C.-Black, etc. Mocht er aan de hand van de verstrekte gegevens ruimte "over blijven", dan is overleg met de landelijke vertegenwoordigers van de vakorga nisaties noodzakelijk om te komen tot afspraken ter invulling van deze restcapaciteit De provincie-afgevaardigde deelt mede, dat het provinciaal bestuur overweegt de problematiek van de werkgelegenheidssituatie in West- Brabant bij Den Haag aan te kaarten, los van het individuele bedrijf Enka. De vertegenwoordiger van het Stadsgewest vermeldt, dat het bestuur van het Stadsgewest zich heeft geschaard achter de brief van het B.O.C. en dus niet zelf meer zal reageren. 5. In de week van 9 februari heeft het volgende plaats gevonden: Het College van B en heeft een gesprek gehad met de Raad van Bestuur van Enka. Dit gesprek viel in drie delen uiteen: -> - 2 -

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 1131