To i j 1nr212
regelingen (steunverlening individuele bedrijven) dit bedrijf
steunen.
Probleem is echter, dat de Minister van E.Z. de problematiek Enka-
Breda niet los wil zien van Enka-Nederland
Ons
Dit blijkt althans uit een brief van hem aan de Vaste Kamercommissies,
gedateerd 12 februari.
a. h<
Alvorens initiatieven te nemen wil minister het resultaat van het
overleg tussen vakorganisaties en Akzo/Enka afwachten.
bh(
Vraag 9
s.
Acht het College het haalbaar de burgers van Breda intensiever bij
de Enka-zaak te betrekken.
Antwoord
Het College ziet niet in hoe ze de burgers van Breda intensiever
bij de problematiek kan betrekken.
In het stuurgroep-Enka - overleg zitten vele groeperingen van burgers:
Gemeente, G.A.B., Provincie, Stadsgewest, Vakorganisaties, Bredaas
Industrieel Contact, Kamer van Koophandel.
Vraag 10
Zijn de aanvullende criteria voor het terrein van de Enka wel of niet
in strijd met de door de Raad aanvaarde motie.
Antwoord
De aanvullende criteria voor het Enka-terrein zijn niet in strijd
met de op 27.1. aangenomen motie.
De motie zegt: - Verzet tegen sluiting.
- Inspanningen richten op versterking vestigings
plaats zonder in conflict te raken met huidige Enka-
aktiviteiten.
Elke stap, die College gezet heeft vóór en na aanname motie is in
eerlijk en open overleg tot stand gekomen in nauwe samenwerking met
vakorganisaties en andere betrokken instanties.
De wederzijdse informatie is steeds op de juiste ogenblikken uitge
wisseld. Alle partijen hebben volledig vertrouwen in eikaars opereren;
dit geldt voor de participanten stuurgroep, de W.A.R. en de leden van
de commissie economische zaken.
In een gecombineerde vergadering van de commissies economische zaken en
sociale zaken d.d. 7 mei 1981 hebben de leden van genoemde commissies
bovenstaand voorstel voor kennisgeving aangenomen.
*Deze stukken liggen voor U ter visie in het Praathuis.
-11-
- 10 -