bij bijlage nr.465 2. Burgemeester en wethouders kunnen een chauffeursvergunning weigeren, indien degene voor wie de chauffeursvergunning wordt aangevraagd, ter zake van een in artikelen 26,30 of 36 van de Wegenverkeerswet omschreven misdrijven werd veroordeeld en de uitspraak in kracht van gewijsde is gegaan en sedertdien nog geen twee jaar zijn verstreken. 3- In afwijking van het bepaalde in het eerste lid kunnen burge meester en wethouders aan personen, als bedoeld in het eerste lid, onder c, telkens voor ten hoogste één jaar een chauffeursvergunning verlenen. Aan een dergelijke chauf- feursvergunning kunnen de voorschriften worden verbonden, dat zij slechts geldig is gedurende bepaalde uren per dag dan wel uitsluitend voor het uitvoeren van in de chauffeiarsvergunning vermelde ritten. Artikel 19 1 Burgemeester en wethouders trekken een chauffeursvergunning in als: a. de chauffeur de vijfenzestig jarige leeftijd bereikt; b. de chauffeur zich zodanig misdraagt, dat handhaving van diens chauffeursvergunning in het belang van de openbare orde en/of zedelijkheid niet langer verantwoord is; c. de chauffeur zodanig handelt in strijd met de bij of krachtens deze verordening gegeven voorschriften, dat handhaving van diens chauffeursvergunning redelijkerwijs niet langer verantwoord is d. de chauffeur niet meer de kennis bezit, die voor het goed besturen van een motorvoertuig vereist'is, of de daartoe noodzakelijke lichamelijke of geestelijke gesteldheid mist; e. een wijziging optreedt in de dienstbetrekking van de chauffeur, als bedoeld in artikel 18 eerste lid, onder punt e en f. Artikel 20 2. Burgemeester en wethouders kunnen een chauffeursvergunning intrekken, als de houder daarvan is veroordeeld terzake van een in de artikelen 2630 of 36 van de Wegenverkeers wet omschreven misdrijven en de uitspraak in kracht van gewijsde is gegaan. Burgemeester en wethouders kunnen hun bevoegdheden als be doeld in artikel 17 en 18 van deze verordening delegeren aan de commissaris van politie. Artikel 21 1Van een besluit tot weigering of intrekking van een chauf feur svergunning kan de belanghebbende beroep aantekenen aantekenen bij burgemeester en wethouders, indien het be sluit krachtens delegatie door de commissaris van politie werd genomen, en bij de raad, indien het besluit door burgemeester en wethouders werd genomen en wel binnen acht dagen, ingaande daags na de dagtekening van het hem toegezonden besluit. 2. Burgemeester en wethouders dan wel de raad beschikken op het beroepschrift binnen negentig dagen ,ingaande op de datum van ontvangst; de beschikking, welke met redenen omkleed is, wordt zo spoedig mogelijk schriftelijk ter kennis van de belangheb benden gebracht.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 12