bijl.nr. 261 Antwoord Wij zijn bereid als getuige gehoord te worden. Aanmelden daartoe heeft geen zin. De president van de arrondissementsrechtbank bepaalt in kort geding - al of niet op verzoek van een der procespartijen - of hij het nodig acht dat getuigen zullen ver schijnen. In voorkomend geval wordt zulks door de rechter bevolen. Een en ander is geregeld in het Wetboek van Burgerlijke Rechtsordening. Van onze bereidheid zullen wij het F.N.V. in kennis stellen middels afschrift van dit antwoord. Vraag 2 Bent U bereid gerechtshof Breda in te lichten over standpunt gemeente Breda in deze zaak? Antwoord Wij zijn bereid om inlichtingen te verstrekken omtrent het stand punt van de gemeente Breda, indien de president van de arron dissementsrechtbank (we kennen in Breda geen gerechtshof) dit verlangt. Vraag 3 Wilt U de raad van Breda en de bevolking van Breda oproepen steun te verlenen aan manifestatie van Enka-personeel op 6 juli 1981 voor het openhouden van Enka? Antwoord Over de inhoud van een te houden manifestatie op 6 juli zijn ons d.d. 29 juni nog geen nadere gegevens bekend. Gezien de emotionele verbondenheid van Uw raad en de bevolking van Breda met het wel en wee van de Bredase Enka-vestigingzijn wij voornemens, na overleg met de initiatiefnemers, via de ons ter beschikking staande publiciteitsmogelijkhedenhier bekendheid aan te geven, zodra ons nadere informatie bekend is omtrent de inhoud van deze manifestatie. -2-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 1377