gemeente Breda bij bijl. nr. 340 De raad der gemeente Breda; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders; gelet op artikel 272, letter a en artikel 273 van de gemeente wet alsmede op het besluit gemeentelijke onroerend-goedbelas- ting; besluit vast te stellen de volgende verordening tot vijfde wijziging van de "verordening onroerend-goedbelastingen 1979". Artikel I. Artikel 5 wordt geschrapt. Artikel II. In de plaats daarvan wordt vastgesteld een nieuw artikel 5, luidende Artikel 5. 1. De heffingsgrondslag wordt vastgesteld naar de toestand op 1 januari 1979. 2. Indien de waarde in het economische verkeer na 1 januari 1979 wijziging heeft ondergaan als gevolg van, hetzij bouw, daaronder begrepen verbouwing of afbraak, hetz.ij verandering van bestemming, wordt de heffingsgrondslag opnieuw vastge steld naar de onderstelde waarde in het economische verkeer, welke in aanmerking zou zijn genomen indien de bouw, afbraak of bestemmingsverandering zijn beslag had gekregen op het in het eerste lid genoemd tijdstip. Alsdan treedt die opnieuw vastgestelde heffingsgrondslag in de plaats van die, welke op de voet van het eerste lid laatstelijk is vastgesteld en vindt voor het eerst toepassing voor het belastingjaar volgende op dat waarin die wijziging van de waarde in het economische verkeer is ingetreden. Artikel III. Artikel 6 wordt geschrapt. Artikel IV. In de plaats daarvan wordt vastgesteld een nieuw artikel 6 luidende: Artikel 6. 1. Voor elke volle 3.000,van de heffingsgrondslag be draagt de belasting bedoeld in artikel 1, eerste lid, letter a, 4,40 artikel 1, eerste lid, letter b, 5,80

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 1686