-13- kunnen worden geacht, met vermelding van de termijn waar binnen op deze rechten een beroep kan worden gedaan. Schadevergoeding Artikel 16. 1. Indien en voor zover blijkt, dat een vergunninghouder dan wel degene, die loost op basis van de nadere regels als bedoeld in artikel 4, eerste en tweede lid, tengevolge van een beschikking tot wijziging of intrekking van een vergunning of onderscheidenlijk tengevolge van een wijzi ging of intrekking van de nadere regels schade lijdt, welke redelijkerwijze niet of niet geheel te zijnen laste behoort te blijven, kent de gemeenteraad hem op zijn ver zoek een naar billijkheid te bepalen schadevergoeding toe. 2. Voor de toepassing van het bepaalde in het eerste lid wordt onder het "wijzigen" verstaan: het wijzigen of aan- vullen, dan wel het alsnog verbinden van voorschriften aan een vergunning dan wel het wijzigen of aanvullen van de nadere regels met dien verstande, dat het bepaalde in dat lid niet van toepassing is voor zover een en ander is gebaseerd op een maatregel van de beheerder ten op zichte van de gemeente. 3. Een verzoek als bedoeld in het eerste lid moet schrifte lijk en met redenen omkleed worden ingediend binnen zes maanden nadat de beschikking tot wijziging of intrekking van de vergunning onherroepelijk van kracht is geworden of onderscheidenlijk nadat de wijziging of intrekking van de nadere regels krachtens het bepaalde in artikel 4, eerste lid, openbaar bekend is gemaakt, 4. Op een verzoek, als bedoeld in het eerste lid, wordt geen beslissing genomen dan nadat de verzoeker op de door de raad te bepalen wijze in de gelegenheid is gesteld om te worden gehoord. 5. De beschikking op een verzoek, als bedoeld in het eerste 1 wordt onverwijld schriftelijk aan de verzoeker toegezonden

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 177