2. Het is verboden te handelen in strijd met de nadere regels, bedoeld in artikel 4, eerste lid. Strafbepaling Artikel 21 Voor zover op overtreding dan wel niet-nakoming van het be paalde in de artikelen 2, 3, juncto artikel 28, 19, 20 en 25, derde of vierde lid-, niet re.e.ds straf is gesteld bij artikel 28 van de Wet verontreiniging oppervlaktewateren wordt overtre- d-tn-g daarvan gestraft met hechtenis van ten hoogste twee maan den of geldboe-te - van ten hoogste driehonderd gulden. Toezicht op naleving Artikel 22. Het toezicht op de naleving .van de bepalingen van deze verorde ning wordt opgedragen aan: a. de door burgemeester en wethouders aangewezen gemeente ambtenaren; b. de door burgemeester en wethouders in overleg met de be sturen van de andere desbetreffende openbare lichamen aan gewezen ambtenaren als bedoeld in artikel 25 van de Wet verontreiniging oppervlaktewateren. Bijzondere opsporingsambtenaren Artikel 23. 1. Naast degenen, genoemd in artikel 141 van het Wetboek van Strafvordering, zijn met het opsporen van overtredingen van de bij of krachtens deze verordening gegeven voorschriften belast de door burgemeester en wethouders aangewezen ambte naren. 2. De krachtens het bepaalde in het vorige lid aangewezen perso nen leggen alvorens de in dat lid bedoelde functie uit te oefenen in handen van de burgemeester de navolgende eed of belofte af: -18-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 182