- 5 -
bijl. nr. 390
b. Afwijkingen van de omzetprognose 1978
Door technische ingrepen, zoals drukverhoging en het voeren van grotere
temperatuur-verschillen, is bij een gelijke diameter van de "Amerleiding"
de optimalisatie-omvang van het project nog te vergroten.
Hierop is de thans voorliggende studie van de KEMA gebaseerd.
Sinds de start van het project in 1978 is echter, zeker in de eerste
jaren een teruggang in het aan te sluiten nieuwe woningpotentieel
te zien. In het warmteleveringscontract met de N.V. PNEM is een
clausule opgenomen welke een minimale afzet van de PNEM moet garan
deren, omdat in de afgenomen warmtehoeveelheden ook de vaste kosten
terugverdiend moeten worden. Omdat de warmte tarieven gebaseerd zijn op
de warmte-afzetis een dergelijke clausule ingebouwd.
Lager ingezette omzetten hadden een hoger tarief gegeven., Het was derhalve
een druk op de distribuant het bouwprogramma te verwezenlijken. In 1978
leek dit, met de groeistad opdracht, geen enkel probleem te geven.
Inmiddels is echter de woningbouw drastisch gewijzigd. Enerzijds kan dit
niet aan Breda verweten worden, anderzijds mag de PNEM verwachten, dat
Breda alles in het werk zal stellen tenminste het afgesproken aantal aan
sluitingen te realiseren c.q„ vervangende omzet te zoeken.
Dit nu kan samengaan met dit voorstel van mogelijke uitbreiding,
terwijl de uitbreiding in Geeren-Zuid als eerste daartoe al bijdraagt.
c. Waarde oordeel van het project
Van diverse organisaties en groeperingen blijft kritiek komen op het
gestarte project.
Uit de reeds aangehaalde C.0..R.V.-N.E.I-studie blijkt dat stadsverwarming
een optie is welke maximaal energie bespaart, speciaal de mogelijkheid
van aftap van een bestaande centrale is daarbij als het meest rendabele
aangegeven
Uiteraard blijft overeind dat een goede studie van de invloed van
lokale omstandigheden als omvang, afstand, primaire energiesoort
etc. nodig blijft. In de Bredase situatie is aan al deze voor
waarden voldaan en ook de mogelijke risico's op financieel- econo
misch gebied zijn indringend geStaleerd.
Naar onze mening moet dan een project wat qua milieu-effect, werk
gelegenheid, energiebesparing en rentabiliteit goed is bevonden
wel kritisch worden gevolgd, doch niet gehinderd. Momenteel is de feitelijke
toestand zodanig dat geredeneerd en gecalculeerd moet worden vanuit de
positie dat de leiding vanuit de Amercentrale omstreeks de jaarwisseling
in bedrijf zal komen.
d. Voorlichting/inspraak
Uiteraard zal de door ons aan de bewoners te geven voorlichting en overleg
zo uitgebreid mogelijk zijn; daarnaast zullen voor de betreffende complexen
en gebouwen in Geeren-Zuid, Heusdenhout en IJpelaar bewoners zelf over
aansluiting op stadsverwarming mogen beslissen. Daartoe zullen informatie
pakketten -waar mogelijk met bewoners-afgevaardigden- worden samengesteld.
Voor de uitspraak ten aanzien van de aansluiting van wijkverwarming IJpelaar
op stadsverwarming geldt, dat in verband met een rendabele exploitatie
in principe de meerderheid van alle bewoners als uitgangspunt moet dienen.
Alleen in het geval de rentabiliteit niet in gevaar komt, is het mogelijk
per complex woningen een uitspraak te vragen; djt laatste moet nog worden
onderzocht