2Een gemeentelijke lozingsverordening. Voor het geven van de voorschriften waaraan het afvalwater dat op de gemeentelijke riolering wordt ontvangen moet vol doen, is een privaatrechtelijke regeling denkbaar. De voorkeur gaat in dit geval uit naar een regeling bij ver ordening. Vooreerst pleit daarvoor de aard van het onderwerp dat een publiek belang betreft. Een (publiekrechtelijke) ver ordening biedt de beste mogelijkheden voor het geven van een rechtspositie aan hen die bij de regeling belang hebben. In dit verband kan gedacht worden aan regels voor het aanvragen van een vergunning en de behandeling van de aanvraag, de weigeringsgrondenhet beroepsrechthet overleg met de be heerder. Ten slotte ligt een publiekrechtelijke regeling ook voor de hand vanwege de verwevenheid van de materie met de uitvoering van de Wet verontreiniging oppervlaktewateren. De onderhavige verordening beoogt een dergelijke regeling te bieden. De verordening beperkt zich niet tot het aspect van de verontreiniging van het oppervlaktewater. Het biedt ook demogelijkheid voorschriften te geven in het belang van de bestemming en de goede werking van zuiveringstechnische wer ken en van het rioolstelsel en tot het tegengaan van gevaar, schade of hinder. 3Het stelsel van de verordening. 3.1. Algemeen Hiervoor is al opgemerkt dat de verordening tweeërlei regels bevat Enerzijds bevat zij bepalingen die gericht zijn op het tegen gaan van de verontreiniging van oppervlaktewater en die voortvloeien uit de eisen die aan de gemeente in het kader van de Wet verontreiniging oppervlaktewateren worden gesteld bij de lezing van het gemeentelijk rioolwater op een opper vlaktewater of op een zuiveringsinstallatie. Anderzijds geeft zij regels die beogen het gemeentelijk rioolstelsel te beschermen en gevaar, schade of hinder tegen te gaan. Tussen de bescherming van beide soorten van belangen bestaat geen waterdicht schot, doordat een stof zowel bezwaar kan opleveren voor de riolering als voor een zuiveringsinstallatie -4-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 191