bijl. nr. 393
Meetfouten van verdampingsmeters.
Voor een toelichting op de instelbaarheid van radiatorkranen wordt verwezen
naar het prae-advies inzake de zogenaamde 35%-regeling.
Kritiek op voorlichting Enwa inzake de zogenaamde 35%-regeling
Het is juist, dat citaten uit het TNO-rapport nooit de gehele inhoud kunnen
dekken; daarvoor is het rapport ter inzage gelegd.
a.ENWA heeft betoogd, dat de uitkomsten van een model-onderzoek toepasbaar
zijn in alle omstandigheden. Daarom heeft ENWA de uitkomsten, neergelegd
in het TNO-rapport, betrokken op alle woningen in de wijkverwarming,
die met Clorius-meters zijn bemeterd.
b.Er is geen gebruik gemaakt van de resultaten van dat deel uit het
onderzoek, dat handelt over de verdamping door zoninstraling.
De betekenis van het betreffende citaat ligt in het overbrengen aan raads
commissie-leden van de complexiteit ten aanzien van de werking van verdampings
meters
c+d.Hiervoor is reeds uiteengezet dat door de grote klepautoriteit bij de
wijkverwarming Breda het TNO-rapport inzake meer/minder betalen op passende
wijze is aangehaald., Als gevolg daarvan is de informatie, die de Energie
winkel van derden heeft ontvangen inzake de instelbare systemen onjuist.
e.Dat de fout in de afrekenkosten kleiner is dan 12%,voor 90% van de deelnemers
geldt bij systemen bij een maximale watertemperatuur van 110°C. Dit is
van toepassing voor flatgebouwen in Geeren-Noord
Voor de 90/70 systemen (Biesdonk en Wisselaar-Oost,A.Z.L.in IJpelaar)
heeft de Energie-winkel gelijk dat 9% een beter percentage is dan 12%.
Daartegenover staat dat bij 130/80 systemen (voorheen Wisselaar-West,
Geeren-Noord, exclusief flats en IJpelaar excl. AZL-woningen hogere
percentages gelden indien de door TNO gevonden trend wordt gevolgd.
f.Inzake de plaats van de warmtemeter op de radiator merken wij op, dat
TNO niet schrijft, dat de beste plek wordt gevonden halverwege de radiator.
TNO verwijst naar resultaten van een onderzoek door de Technische Universi
teit van Berlijn.
Van Warmtemeter B.V. had ENWA vernomen, dat de beste plaats zou zijn op
1/3 hoogte van de radiator, gemeten vanaf de bovenzijde.
Inmiddels heeft Warmtemeter B.V. ENWA medegedeeld, dat de beste plaats
is, als de montage zodanig geschiedt dat het midden van het vloeistofbuisje
zich bevindt op 1/3 hoogte van de radiator, gemeten vanaf de bovenzijde.
Doordat zoals eerder gezegd er geen sprake is van open/dicht-regeling
is het mogelijk door het instellen (regelen) van de kraan de radiator
slechts gedeeltelijk te verwarmen; de plaats van de bevestiging van de
verdampingsmeter is dan wel degelijk van belang.
g.Het is juist, dat in de loop van de tijd en voordat kennis was genomen
van het TNO-rapport de berekening van het maximum somtijds is bijgesteld
Laatstelijk geschiedde dit door de verhouding tussen minimum (600 bedrijfs-
uren) en maximum te stellen op 1 staat tot 3,5 exclusief de invloed van
de graaddagen.
h. Op bladzijde 6 alinea 1 wordt gesproken over Biesdonk en daarin de wijk
Zuid-Oost; relaties met IJpelaar zijn daar derhalve niet te vinden.
Het aanbrengen van thermostatische kranen is een eenvoudiger
vorm van regelen, met als voordeel, dat automatisch rekening wordt gehouden
met de temperatuur van de omringende lucht.
Daaruit kan niet worden afgeleid, dat de andere geïnstalleerde kranen
alleen open of dicht kunnen staan.
De kranen zijn instelbaar zodra de toe te voeren waterhoeveelheid geregeld
wordt.