- 3 - De isolatie van terreinleiding wordt en werd zodanig gekozen,'dat het warmteverlies in aanleg-omstandigheden maximaal 10% is. De isolatiewaarde wordt mede beïnvloed door de soort grond en in de tijd gezien door grondwaterstand en duurzaamheid van het isolatiemateriaal. Omdat 20% leidingverlies gerelateerd moet worden aan de afgifte "af ketel huis" wordt het leidingverlies berekend op maximaal 10% van de toegevoerde brandstof. De ketel in het ketelhuis is goed regelbaar. Tengevolge van de ten tijde van de aanleg relatief lage energieprijs, die tendeerde naar groepsgedrag in plaats van individueel gedrag zijn enerzijds centrale regeling en "te knijpen" radiatorkranen aangebracht en anderzijds slechts weinig investeringen voor meting, regeling en af sluitbaarheid in de woning gedaan. In het prae-advies omtrent de problematiek IJpelaar wordt becijferd dat de huidige wijkverwarming, om allerlei redenen duurder is dan individuele verwarming. Wij verwijzen naar het prae-advies. In het project stadsverwarming wordt de wijk centrale verwarming op stads verwarmingskwaliteit gebracht, enerzijds om meer individueel gedrag toe te laten en anderzijds voor energiebesparing. Het geluid, veroorzaakt door de ketels,blijft binnen de gestelde eisen en bij inzet in de stadsverwarming als hulpwarmte ketelhuis zijn ze bij elkaar geteld slechts enkele dagen per jaar in gebruik. Blad 3. De electriciteits centrale. Aangegeven wordt dat de electriciteits-centrale bij productie van alleen electriciteit een laag rendement heeft en dat een gloeilamp ook een laag electriciteits rendement heeft. Electriciteit heet hoogwaardig omdat de toepassingsmogelijkheden zo groot zijn en praktisch universeel. Van electriciteit weer warmte maken kan alleen betrekking hebben op elec- trisch koken, doch het rendement van een electrisch fornuis is veel hoger (90%)dan dat van een gloeilamp. bijl. nr. 393 i. De toeslag van 15% is qua hoogte discutabel, doch werd gehanteerd, omdat de feitelijke bevestigingsplaats van de verdampingsmeters leidt of kan leiden tot onjuiste afrekeningen in relatie tot het werkelijke verbruik en omdat het aantal schalen moet worden uitgebreid Rapport "Vergelijking van verwarmingssystemen." Het voorwoord is samengesteld uit opmerkingen welke wij voor rekening van de schrijvers laten en uit zaken welke in de verdere bespreking van de onderwerpen ter sprake komen. De inleiding moet iets gecorrigeerd worden VEGIN Vereniging van Exploitanten van Gasbedrijven in Nederland. ENWA Energie- en Waterbedrijf. Blad 1Individuele verwarming, Geen opmerkingen, alleen dat de hoogrendementketel extra onderhoud vraagt en .beveiligingstechnisch gecompliceerd is (rookgasventilator, condenswater Hij is ook duurder. Blad 2. Blok- en wijkverwarming. Het rendement van de ketelinstallaties is hoger dan 80%. Overigens heeft de ketelcapaciteit met het warmte leveren in de zomer niets te maken. Deze is afgestemd op een gelijktijdig optredende warmtevraag bij - 10°C en een windsnelheid van 5 m/s. Het vollast rendement van een grote ketel is zelfs groter dan 90% waardoor wij het gebruiksrendement op 90% stellen. Een lager rendement bij zogenaamde "deellast" geldt juist niet voor de goed af te stellen "grote" ketels, doch wel voor de kleinere "huis"ketel. Het gebruiksrendement is eigenlijk een gemiddeld rendement over een jaar, gezien de periodes van deellast.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 1926