aan de raad der
gemeente Breda
I
Bijlage nummer 416
10-11-1981
St/97545
Voorstel van burgemeester en
wethouders tot opheffing van
de commissie ad hoe gemeen
telijke huisvesting.
In Uw vergadering van 17 augustus 1972 heeft Uw raad ingestemd
met de instelling van een commmissie ad hoc, die tot taak kreeg
de voorbereiding van de besluitvorming van Uw raad op het stuk
van de huisvesting van de gemeentelijke functies te coördineren.
Bij die gelegenheid besloot Uw raad op ons voorstel drie leden
uit Uw midden aan te wijzen als lid van de commissie ad hoe.
De laatstelijk op 14 september 1978 door U aangewezen leden
zijn mevrouw V. Muntjewerff-v.dHul en de heren H.C. van Dongen
en Ir. J.G. ten Wolde.
De commissie ad hoe en de daaruit geformeerde werkgroep hebben
naar onze mening in de afgelopen tien jaar uitstekend werk ver-
richt en hebben nagenoeg de hun opgedragen taak tot volle tevre
denheid voltooid.
Begonnen werd met de huisvesting van een groot deel van de se
cretarie in de Catharinastraat door restauratie van de panden
Catharinastraat 18 tot en met 28. In dit laatste pand werd de
sociografische dienst ondergebracht. Tegelijkertijd werd het
oude koetshuis gerestaureerd en ingericht tot Praathuis voor
de verschillende fracties van Uw raad.
Daarna werd begonnen met de nieuwbouw op de Beyerd Vlaszak ten
behoeve van de sociale dienst en de afdeling burgerzaken van
de gemeentesecretarie. De dienst voor Jeugd, sport en recreatie
werd ondergebracht in pand Catharinastraat 16 en tegelijkertijd
werd een ruimte in een van de panden aan de St. Annastraat in
gericht voor het onderbrengen van een gemeenschappelijke tele
fooncentrale voor alle in het centrum geconcentreerde diensten
en de gemeentesecretarie.