De opgave van de te lozen stoffen dient op een doelge
richte wijze te geschieden ten behoeve van de beoor
deling van de aanvraag.
Hierbij gaat het om stoffen die mogelijk, in bepaalde
concentraties, schadelijk kunnen zijn.
Gezien de strekking van de verordening kan vermelding
van stoffen, die van nature in lage concentraties
("sporen") in het binnenkomende (leiding-)water voor
komen, zonder enig bezwaar achterwege blijven.
6Artikel 4
K.v .K ./B I.C.
Ten einde administratieve rompslomp zoveel mogelijk
te vermijden, zouden door b. en w. ruime toepassing
gegeven moeten worden aan artikel 4, lid 2.
B. en w. zouden bij gelegenheid van de behandeling
van de lozingsverordening in de raad een toezegging/
intentieverklaring in die richting kunnen doen.
B en w
Er is naar gestreefd om onnodige administratieve hande
lingen zoveel als mogelijk te voorkomen. Met het opge
stelde schema van de behandelingsprocedure van een
aanvrage is hiermede zo veel mogelijk rekening gehouden.
Voor categorieën bedrijven waarvan de te lozen stoffen
eenduidig zijn en de benodigde voorzieningen om het
beoogde doel te bereiken vrijwel standaard, kan volstaan
worden met een regeling volgens artikel 4. Het ligt
in het voornemen om na de vaststelling van de lozings
verordening door de raad het vaststellen van de op
grond van dit artikel te stellen nadere regels voor
te bereiden met de bedoeling, dat deze gelijktijdig
met de verordening in werking zullen kunnen treden.
Alvorens deze regels in werking treden zullen deze
ter openbare kennis worden gebracht.
Naar verwachting zal een grote groep bedrijven onder
deze nadere regelen komen te vallen.
In dit verband menen wij voor het overige te kunnen
volstaan met te verwijzen naar de artikelsgewijze toe
lichting op de verordening. Deze toelichting kan als
een intentieverklaring in de richting van de raad worden
aangemerkt
7Artikel 6
K.v.K./B.I.C.:
Er dient voor gepleit te worden dat het verstrekken
van gegevens op een rationele manier plaatsvindt, met
vermijding van wat niet strikt nodig is voor een juist
vergunningenbeleid van de gemeente.
Het gevaar is nl. aanwezig dat de uitgebreide lijst
van stoffen in artikel 3, lid 3, aanleiding zal geven
tot (weinig zinvolle) uitgebreide en gedetailleerde
opgave als bedoeld in artikel 6 d.
- 7
