bij bijlagenummer 480
a. een hem uit hoofde van zijn ontslag
uit de laatstelijk door hem vervulde
betrekking toegekend pensioen krach
tens de Algemene Burgerlijke Pensioen
wet, waaronder begrepen een aanvul
ling ingevolge artikel F 9, lid 3,
dier wet;
b. een uitkering krachtens artikel E
23, lid 1 en 2;
c. een uitkering krachtens titel III
van de Wet op de noodwachten;
d. inkomsten welke hij inmiddels mocht
zijn gaan genieten uit of in verband
met arbeid of bedrijf;
e. een uitkering krachtens de Algemene
arbeidsongeschiktheidswet.
Artikel E 22 In de gevallen bedoeld in deze paragraaf
vinden de artikelen E 6, E 7, E 9, E 10,
E 13 en E 14, waar mogelijk, overeenkomstige
toepassing
Paragraaf 4 Uitkering boven invaliditeitspensioen.
Artikel E 23 1. Aan de gewezen ambtenaar die in het genot
is van een invaliditeitspensioen vermeer
derd met een .aanvulling, als bedoeld
in artikel F 9 van de Algemene Burgerlijke
Pensioenwet, wordt - indien na ingewonnen
advies van een door burgemeester en wet
houders aangewezen geneeskundige blijkt,
dat de ziekte of gebreken uit hoofde
waarvan hij blijvend ongeschikt is ver
klaard zijn betrekking te vervullen in
overwegende mate hun oorzaak vinden in
de aard van de hem opgedragen werkzaam
heden of in de bijzondere omstandigheden
waaronder deze moesten worden verricht
en niet aan zijn schuld of nalatigheid
zijn te wijten - een uitkering verleend
ten bedrage van 12^% van het invaliditeits
pensioen, zoals dit met evenbedoelde
aanvulling is vermeerderd.
De uitkering eindigt met ingang van de
eerste van de maand, volgende op die
waarin de gewezen ambtenaar de leeftijd
van 65 jaar heeft bereikt.
2. Indien aan de gewezen ambtenaar een uit
sluitend naar zijn diensttijd berekend
invaliditeitspensioen krachtens de Alge
mene Burgerlijke Pensioenwet is toege
kend en dat pensioen lager is dan 12^%
van het bedrag dat hem bij toepasselijk
heid van artikel F 9 dier wet aan invali
diteitspensioen en aanvulling zou zijn
toegekend, wordt hem in het geval, bedoeld