bijl. nr. 1
Ad 7.
Sector II - 2 - 51758
Brief van mr. 0.0.F. Meynen namens Primarkt B.V. d.d. 18 juli
1980 aan de raad van de gemeente Breda inzake vestiging Primarkt
aan de Terheijdenseweg/Speelhuis1 aan
Betreftvestiging Primarkt aan de Terheijdenseweg/Speelhuis1 aan
I Formeel
De brief van Primarkt B.V. is ingekomen op 18 juli 1980,
gedateerd 18 juli 1980 en gericht aan de raad van de gemeen
te Breda
Derhalve binnen tervisieleggingstermijn
Conclusiebezwaarschrift is ontvankelijk.
11Materieel
A. Resumé inhoud bezwaren:
- er is geen vooroverleg gevoerd (wel met de eigenaar);
- er wordt oneigenlijk gebruik gemaakt van het bestem
mingsplan als bedoeld in art. 10 wet ruimtelijke orde
ning;
- bij oplegging voorlopige bestemming moet het defini
tieve reeds vaststaan;
- de gemeente heeft altijd soepel beleid gevoerd en
daarom zijn er grote investeringen gedaan;
- uitkomsten distributief plan onderzoek doelgericht
wegbestemmen) gewerkt;
- uitsluiting detailhandel is beperking meest doelmatige
gebruik
- overgangsbepalingen bieden onvoldoende waarborg voor
de continuïteit;
- gelet op de afstand is het een nuttige aanvulling
op het kernwinkelapparaat
B. Ten aanzien van voorgaande bezwaren het volgende:
Vooroverleg hoeft formeel niet plaats te vinden met
belanghebbenden/eigenaren. Desondanks heeft het college
van burgemeester en wethouders alle eigenaren van ter
reinen/panden aangeschreven in het kader van de aanpak
t.a.v. perifere detailhandel, zodat de nodige zorgvul
digheid hieromtrent is betracht, te meer daar deze pro
cedure is besproken met en akkoord bevonden door de
Stedebouwkundige Adviesraad.
Onderhavig bestemmingsplan is een herziening van de
partiële herziening van het uitbreidingsplan "Liniestraat
1952" en derhalve een aanpassing is in de zin van de
wet op de ruimtelijke ordening. Het betreft hier een
normaal bestemmingsplan in de zin van de wet op de ruim
telijke ordening.
Het begrip "voorlopig" slaat terug op de aanpak met
betrekking tot perifere detailhandel op korte termijn
en niet op bestemmingsplannen.