gemeente Breda bij bijlage nr. 102 De raad der gemeente Breda; voorgenomen de bezwaarschriften d.d. 9 januari 1981, ingekomen 12 januari 1981, van de heer J.C.T.G.M. van der Wielen, Merode- laan 30, Breda, de heer S.A.M. van Schendel, Binnenweg 18, Breda en de heer T.A.J. Verster, Binnenweg 26, Breda, tegen het besluit van de raad van de gemeente Breda d.d. 4 december 1980 om te verklaren, dat voor een drietal gebieden in de Haagse Beemden een bestemmingsplan wordt voorbereid; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders, alsmede het proces-verbaal, opgemaakt van de ingevolge artikel 14, lid 1, van de Wet administratieve rechtspraak overheidsbeschikkingen, gehouden hoorzitting; dat bezwaarden op de door burgemeester en wethouders in hun eerdergenoemd voorstel gegeven motieven ontvankelijk dienen te worden verklaard; gelet op het bepaalde in de artikelen 13 en 14 van de Wet admini stratieve rechtspraak overheidsbeschikkingen; met overneming van de door burgemeester en wethouders in hun bovenvermeld voorstel genoemde motieven, de bezwaren van de heren J.C.T.G.M. van der Wielen, S.A.M. van Schendel en T.A.J. Verster, voornoemd, tegen eerdergenoemd raadsbesluit van 4 december 1980, ongegrond te verklaren. besluit: Aldus besloten in de openbare vergadering van De raad voornoemd voorzitter secretaris.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 556