bijl. nr. 116 Dat de inderdaad zeer integere heer Van Asseldonk in de mening heeft verkeerd dat wél een ogenblik sprake was van "rammelen" en/of "zwaaien" in de hier bedoelde zin, kan - indien zulks al waar is - worden toegeschreven aan aller lei oorzaken. Zo is denkbaar, dat de heer Van Asseldonk de wethouder niet goed heeft verstaan of geïnterpreteerd. Vast staat wel, dat de sfeer in de door U bedoelde pauze tijdens de commissie-vergadering tamelijk gespannen was, niet in het minst omdat de reacties van de commissie te gengesteld waren aan de verwachtingen van de wethouder, het college en de behandelende ambtenaren. Overigens wordt in de genoemde aflevering van dagblad De Stem een redelijk juiste benadering van de situatie gege ven. Afgezien dan van het bouwmateriaal, waarvan de in het geding zijnde woningen zouden worden vervaardigd. Vandaar, dat deze "affaire" ook op 16 januari de pers haal de Ad 2: Daar de heer Van Dun noch gerammeld, noch gezwaaid heeft (in de hier bedoelde zin), kan beantwoording van deze vraag achterwege blijven. Ad 3: Zie antwoord 2. Ad 4: Zie antwoord 3 Ad 5: Zie antwoord 4. Wellicht ten overvloede wordt nog medegedeeld, zin van Uw brief hoegenaamd geen invloed heeft treden van ons college en zijn leden. dat de slot op het op- -il-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 630