bijl. nr. 2 Wij menen dat deze visie, op wetshistorische gronden, wel licht verdedigbaar is. Wel is thans een ambtelijke werkgroep in overleg met de rijksconsulent voor complementaire sociale voorziening in de provincie Noord-Brabant om voor de aangeduide beta lingsjaren 1979 en 1980 een schikking te treffen waardoor lange tijdrovende juridische procedures kunnen worden voorkomen Het zij herhaald: deze vinden plaats in het licht van het door ons college ingenomen, reeds gememoreerde, standpunt. Als de wetswijziging per 1-1-1981 een feit is zal de be leidsverandering waarop U doelt een feit zijn. Ad 3. De plannen van het ministerie van -sociale zaken zullen voor de B.S.W. betekenen dat de toepassing van de "normen tot toelating tot de B.S.W." niet zullen worden veranderd omdat deze in de laatste twee jaar reeds zorgvuldig zijn gehanteerd. Het werk zal in de batenopleverende sfeer moeten worden aangetrokken. Zover het geleverde diensten aan de gemeente Breda (of aan door haar gesubsidieerde instellingen) betreft zal daarvoor in diverse gevallen in de toekomst betaald moeten worden, hetgeen een aanmerkelijke belasting van het ge meentelijk budget kan betekenen. Uiteindelijk zullen in de diverse begrotingen gelden moe ten worden vrijgemaakt. Ad 4. In de richtlijnen van het ministerie staat dat stringente re toepassing van de richtlijnen ter zake betaling niet mag leiden tot verlies van arbeidsplaatsen. Hieraan zal ons college de rijksconsulent wel houden, temeer omdat bij het tot stand komen van de huidige situatie, waarop thans vanwege de rijksoverheid kritiek wordt uitgeoefend, het rijksconsulentschap volledige medewerking heeft ver leend -10-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 68