aan de raad der gemeente Breda 10-3-1981 Ond/1/84222 Bijlage nummer 139 Voorstel van burgemeester en wethouders inzake vaststel ling van de bedragen per leerling voor 1981 ten be hoeve van het buitengewoon onderwijs Ingevolge het bepaalde in artikel 186 en 189 van het besluit buitengewoon onderwijs 1967 bepaalt de gemeenteraad het bedrag per leerling dat ten behoeve van de verschillende soorten scho len voor buitengewoon onderwijs beschikbaar wordt gesteld ter bestrijding van de materiële exploitatiekosten van die scho len. Bij de vaststelling van het bedrag per leerling wordt voor de openbare scholen als maatstaf genomen het bedrag dat voor deze scholen ter beschikking wordt gesteld ter bestrijding van de kosten bedoeld in artikel 55 onder e tot en met h, p en r van de Lager-onderwijswet alsmede de kosten van instandhouding. Dit bedrag is maatstafgevend voor de overeenkomstige bijzon dere scholen. Voor de overige scholen wordt als maatstaf genomen het bedrag dat voldoende moet worden geacht voor de redelijke behoeften van een in normale omstandigheden verkerende school van de betreffende soort. De in bijgevoegde concept-besluiten genoemde bedragen zijn ge baseerd op de door de minister van financiën verstrekte richt lijnen om voor volledige rijksvergoeding van de kosten in aan merking te komen alsmede het advies van de inspecteur buitengewoon onderwijs. Behalve een bedrag ter bestrijding van de materiële exploitatiekosten moet een bedrag voor de bestrijding van de administratiekosten worden vastgesteld als bedoeld in artikel 189, achtste lid van het besluit buitengewoon onderwijs.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 700