Aan de raad van de gemeente
BREDA
De aan de politie opgedragen taak en de voor de uitvoering daar
van verleende bevoegdheden plaatsen de politie in ons maatschap
pelijk bestel vol tegenstellingen en onzekerheden nadrukkelijk
in de belangstelling.
Aan de politie is opgedragen om in ondergeschiktheid aan het
bevoegd gezag zorg te dragen voor de handhaving van de rechts
orde en voor de verlening van hulp aan hen, die deze behoeven.
De wijze waarop deze taak wordt uitgevoerd is vanzelfsprekend
afhankelijk van en moet worden getoetst aan de inhoud van het
begrip rechtsorde, dat door het bevoegd gezag aan de hand van
de democratisch vastgestelde wettelijke voorschriften en de
bij de maatschappij en de individuele burger levende wensen
en verwachtingen, dient te worden geformuleerd.
In het verleden kon de politie veelal optreden naar de letter
van de wet als instrument van bestuur, dat door de maatschappij
bevoegd werd geacht de rechtsorde in grote mate gelijk te stel
len aan het totaal van de wettelijke voorschriften. Strikte
handhaving van de wet werd door de maatschappij in het algemeen
aanvaard als juist. De wijze van functioneren van de politie
was derhalve nauwelijks voor discussie vatbaar.
Thans wordt van bevoegd gezag en politie verwacht dat hun taak
wordt vervuld in een maatschappij, die zo gecompliceerd is en
zo vol tegenstrijdigheden en onzekerheden, dat ons aller ver
wachtingspatroon nauwelijks is te omschrijven. Het bevoegd ge
zag heeft dan ook moeite met de formulering van hetgeen als
rechtsorde wordt ervaren.
De politieman of -vrouw wordt in het dagelijks optreden ook
met die onzekerheid geconfronteerd.