Het werk van de surveillancegroepen geschiedt volgens twee sys
temen, namelijk de assistentie- en projectsurveillance, die door
de verschillende groepen afwisselend worden gehanteerd.
- Onder assistentiesurveillance wordt verstaan de gemotoriseerde
surveillance, die zich bezighoudt met de afdoening van alle
kennisgevingen aan het meidcentrum, die politie-optreden ver
gen.
De groepen, belast met de assistentiesurveillance worden over
dag meestal, doch in ieder geval tussen 15.00 en 07.00 uur,
uitgebreid met 2 hondengeleiders.
De brigadier, leider van de groep, bepaalt de dagelijkse in
zet van het personeel. Richtlijnen hieromtrent krijgt hij
van het stafbureau.
In het kader van het Project Gegevensverwerking Surveillance
planning, dat experimenteel in 25 korpsen van gemeente- en
rijkspolitie van start is gegaan, worden alle assistenties
geregistreerd. Van iedere melding wordt door het stafbureau
geregistreerd: de tijdstippen van melding, opdrachtverlening,
ter plaatse verschijning, hervatting surveillance, het soort
incident, de plaats van het incident en de hoeveelheid inge
zet personeel.
Deze gegevens worden automatisch verwerkt, waardoor men in
staat is een verwacht incidentenpatroon te creëren, waaruit
een inzetschema wordt geformuleerd. De gemeente is daartoe
verdeeld in 9 wijken. Per tijdsblok van 2 a 3 uur is aangege
ven in welke wijken assistenties verwacht kunnen worden. Door
deze inzetstrategie blijkt de politie sneller ter plaatse
te kunnen zijn. Een korte aanrijtijd verhoogt in sterke mate
de dienstbaarheid aan het publiek en kan vaak escalatie van
incidenten voorkomen.
Sinds de invoering van deze inzetschemas is de gemiddelde
bedieningstijd (de tijd tussen melding en afhandeling) terug
gebracht van 20 naar 15 minuten.
Bij de toepassing van assistentiesurveillance maakt men ge
bruik van dubbelbemande personenauto's, van motoren, van een
groepswagen (combi) en/of van hondengeleiders.
- 28 -
