- 50 - De algemene politieverordening van de gemeente Breda maakt het ook mogelijk om anders dan langs strafrechtelijke weg op te treden, (zie hoofdstuk IV van de algemene politieverordening 1978) Het college van burgemeester en wethouders heeft hierover in november 1980 beleidsuitgangspunten vastgesteld. Op grond daar van is een maximum aantal van 25 sexhuizen in de stad gedoogd. Functionerende sexhuizen zullen worden gesloten, indien gespro ken kan worden van onduldbare overlast voor de buurt. Tevens zal tot sluiting worden overgegaan, indien de politie geen voldoende mogelijkheid tot regelmatige controle v/ordt toe gestaan. Door intensieve controle probeert de politie aldaar ontstane en voorbereide criminaliteit te traceren en te voor komen Een en ander is door het college ook medegedeeld aan de exploi tanten van sexhuizen met de bedoeling hen op voorhand te bewe gen hinder en overlast voor de buurt te voorkomen. De_cj: iminele_inf orma_tied_ien.st De C.I.D. is in de eerste plaats belast met het onderhouden van contacten tussen de recherche en de overige afdelingen van het korps. Deze contacten hebben een tweeledig karakter: - het voorleggen aan de surveillant van rechercheproblemen, die door waarneming van de surveillant op straat opgelost kunnen worden. - het verstrekken van bij de recherche reeds bekende informatie aan de overige politie-ambtenaren, ten einde de alertheid en de recherchegevoeligheid van de overige ambtenaren te ver groten Er is sprake van veelvuldig mondeling contact tussen geüniformeerde dienst en de C.I.D. Tevens evalueert de C.I.D. werkverslagen en dagrapporten van andere afdelingen. De dienst onderhoudt tevens de contacten met externe informan ten, die zich bij de politie melden. Bij de oplossing van mis drijven spelen soms informanten een belangrijke rol.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1981 | | pagina 835