- 5 -
- Tussen de drie bovengenoemde middelen heerst een
spanningsveld: bij de ordehandhaving wordt gespro
ken over repressief optreden, hoe verhoudt zich dat
met het middel hulpverlening?
- Aan de taken en middelen van de wijkagenten is geen
theoretische beschouwing gewijd.
- Waarom is er geen sprake van gezagsmiddelen bij de
maatschappelijke middelen? Over de rol van de poli
tie in een maatschappij die toenemend onder druk
staat, mag men meer verwachten dan 2 blz. theoreti
sche beschouwingen
Dhr, van Bruggen:
- In de nota is verwoord, dat de politie anders op
treedt, dan vroeger het geval was.
- V.w.b. de middelen: er moet altijd een keuze gemaakt
worden per geval.
Dhr. Urlinqs:
- M.b.t. het spanningsveld tussen de drie middelen: in
de bladzijden vódr blz. 7 is aangegeven, dat juist
wordt gesproken over een spanningsveld in de maat
schappij en waar de wet op gespannen voet staat met
de praktijk.
De politie moet echter in staat zijn te doen wat van
haar verwacht wordt, en dat is geënt op de wetgeving.
Tegenwoordig wordt genuanceerder gedacht over de ma
nier waarop dit zou moeten gebeuren.
- Over het verbaliseringsbeleid van de politie kunt u
op blz. 31 lezen, de verdere seponering is een zaak
van justitie.
Dhr, de Bont:
- Er zou een vierde middel moeten worden opgenomen.
"Afzien van optreden". Hetgeen in sommige gevallen
gebeurt, bijv. bij kraken e.d.