aan de raad der
gemeente Breda
2-12-1980
0SR/2/78866
Bijlage nummer
1 1
Voorstel van het college van
burgemeester en wethouders om
de bepaling art. 5 lid 1 van
de erfpachtsovereenkomst tus
sen W.D.S.'19 en de gemeente
Breda te doen wijzigen zodanig
dat de toevoeging: "in de pe
riode van 30 april tot 16 sep
tember van elk jaar dient de
luchthal gedemonteerd te zijn"
komt te vervallen
Op 22 juni 1978 heeft Uw raad besloten om aan de voetbalver
eniging W.D.S. '19 een perceel grond in erfpacht uit te geven
t.b.v. de bouw van een luchthal.
In .de aan de vereniging verleende bouwvergunning is de voor
waarde opgenomen dat de hal in de zomerperiode gedemonteerd
dient te worden. Deze voorwaarde is eveneens in de tussen de
gemeente Breda en W.D.S. '19 gesloten erfpachtsovereenkomst"
opgenomen (art. 5 lid 1). (erfpachtsovereenkomst ligt ter vi
sie)
In januari 1979 heeft W.D.S. '19 verzocht om ontheffing van
de voorwaarde in de bouwvergunning dat de hal in de zomerperiode
gedemonteerd dient te worden.
Ons college heeft bij wijze van experiment voor 1979 ontheffing
verleend.
Dit besluit was gebaseerd op het argument- van de vereniging
dat veel gebruikers te kennen hadden gegeven dat zij ook in
de zomerperiode gebruik wensten te maken van de overdekte accom
modatie.
Voor het seizoen 1980 heeft de vereniging wederom ontheffing
van de bouwvergunning gevraagd (zie ter visie liggende schrijven
W.D.S.'19). Tegen het verlenen van gevraagde ontheffing van
de voorwaarde, bestaat geen bezwaar meer, daar thans is gebleken
dat ook gedurende de zomerperiode de hal niet stoort in de om
geving.