gemeente Breda
ltl\>x< M
^>X<>X<{&
bij bijlage nr. 222
De raad van de gemeente Breda;
gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethou
ders van die gemeente, gebaseerd op het beleidsplan perifere
detailhandel
gelet op het bepaalde inzake de gemeentewet en de Wet op de
ruimtelijke ordening;
mede gelet op het advies van de commissie ruimtelijke ordening;
besluit
1. de analyse en de problematiek m.b.t. de perifere detailhandel
van Breda als neergelegd in het beleidsplan perifere detail-
handel als zodanig aan te nemen en te beschouwen als basis
voor deze besluitvorming;
2. de besluitvorming van 25 juni 1979 m.b.t. de aanpak op korte
en lange termijn van de problematiek van de perifere detail
handel door het aannemen van het beleidsplan perifere detail
handel te beschouwen als te zijn uitgevoerd;
3. de detailhandel in de dagelijkse goederen en (pasjes)-groot
handel waar ook verkoop plaatsvindt aan de uiteindelijke
consument als vestiging in de periferie af te wijzen;
4. de detailhandel in volumineuze goederen in de periferie
te beperken tot de branches woningtextielgoederenmeubelen,
doe-'t-zelf, sport- en kampeerartikelenbloemen, planten
en tuinbenodigdheden
5. t.a.v. de te verwachten mogelijkheden tot vestiging van
detailhandel in volumineuze niet dagelijkse goederen onder
scheid te maken tussen vestiging op korte termijn (tot 1985)
en op middellange termijn (1985-1990).
De minimaal en maximaal benodigde oppervlakte in m2 bedrijfs
vloeroppervlakte bedraagt op grond van het uitgevoerd distr.
plan. onderzoek voor de korte termijn (tot 1985) resp. 20.000
m2 b.v.o. (incl. parkeerruimte 40.000 m2) en 36.000 m2 b.v.o.
(incl. parkeerruimte 72.000 m2) Mede i.v.m. de huidige
economische recessie wordt uitgegaan van het minimum aantal
m2 b.v.o.
6. vooralsnog voor de korte termijn ervan uit te gaan, dat
de uitbreiding van verkoop van volumineuze goederen in de
periferie plaatsvindt in twee branches, te weten meubelen
en sport- en kampeerartikelen