gemeente Breda
t
bij bijlage nr. 240
De raad van de gemeente Breda;
overwegende, dat in de openbare vergadering van 15 oktober 1981,
bijlage 373, is besloten om aan de stichting beheer Islamitisch
centrum, ten behoeve van een te bouwen moskee aan de Bouwer ij straat
te Breda, een subsidie ad 62.641,te verstrekken voor een
periode van vijf jaar;
dat bij de berekening van de hoogte van het subsidiebedrag was
uitgegaan van het gegeven, dat ten behoeve van de te bouwen
moskee een perceel grond met een oppervlakte van 750 m2 in
erfpacht diende te worden verkregen;
dat op basis van deze oppervlakte was becijferd dat genoemde
stichting jaarlijks een erfpachtcanon ad 12.528,14 aan de
gemeente Breda verschuldigd zou zijn, over een periode van vijf
jaar in totaal derhalve 62.641,
dat, naar thans is komen vast te staan, voor de bouw van de
moskee kan worden volstaan met een perceelsoppervlakte van
370 m2
dat op basis van dit nieuwe gegeven jaarlijks aan de gemeente
Breda een erfpachtcanon verschuldigd zal zijn ad 6.202,40
over een periode van vijf jaar derhalve 31.012,
dat de intentie van het besluit van 15 oktober 1981 is geweest,
om over de periode van de eerste vijf jaar de jaarlijks ver
schuldigde erfpachtcanon volledig te subsidiëren;
dat het, gelet op de gewijzigde omstandigheden, noodzakelijk
is om het besluit van 15 oktober 1981 te herzien;
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders;
gelet op artikel 170 van de gemeentewet;
I. tot intrekking van het besluit van 15 oktober 1981, bijlage
373, waarbij aan de stichting beheer Islamitisch centrum
een subsidie werd verstrekt ad 62. 641,voor een periode
van vijf jaar;
II. aan de stichting beheer Islamitisch centrum over de jaren
1982 tot en met 1986 een subsidie te verstrekken ter hoogte
van de jaarlijks aan de gemeente Breda verschuldigde erf
pachtcanon, tot een maximum bedrag van 6.202,40 per jaar,
welk subsidiebedrag jaarlijks zal worden verrekend met
de op de desbetreffende vervaldag verschuldigde erfpacht
canon
besluit
Aldus besloten in de openbare
vergadering van
De raad voornoemd,
voor zitter
secretaris.