aan de raad der gemeente Breda St/2/8207117 Bijlage nummer 248 Voorstel van burgemeester en wethouders tot benoeming van leden en plaatsvervan gende leden van de Centrale Adviesraad Hoge Vucht. Inleiding Op 21 april 1982 heeft Uw raad de "Verordening Centrale Advies raad Hoge Vucht""') vastgesteld en ingesteld de Centrale Advies raad Hoge Vucht, een vaste commissie van advies en bijstand aan ons college. Artikel 4, lid 1, van de verordening bepaalt, dat de leden en de plaatsvervangende leden worden benoemd door Uw raad. Lid 3 van dat artikel bepaalt, dat voor de eerste benoeming van (plaatsvervangende) leden de aanbeveling wordt opgemaakt door de Interim adviesgroep Hoge Vucht. Omdat kort voordat Uw raad over de verordening een besluit nam het overleg met het Overleg Breda Noord (O.B.N.) werd hervat, hebben wij gemeend te moeten bevorderen dat de eerste aanbe veling wordt opgemaakt door de Interimgroep en het O.B.N. ge zamenlijk. Gesprekken met beiden hebben ertoe geleid, dat er een selectie commissie kon worden geformeerd, waarin 2 vertegenwoordigers van beide instanties deelnamen. Hoewel dit afwijkt van het bepaalde in artikel 5, lid 5, van de verordening, zijn wij van mening dat het verre de voorkeur verdient dat de samenstelling van de adviesraad tot stand komt vanuit een zo breed mogelijke basis. De selectiecommissie Bij brief van 8 juni 1982 (met diverse bijlagen)v) heeft de selectiecommissie ons gerapporteerd over door haar verrichte activiteiten en de aanbeveling toegezonden.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1982 | | pagina 1098