bijl. nr. 268 Begeleiding van het bouwprogramma Het is duidelijk dat bij een te beperkte contingentering geen enkel risico gelopen mag worden, dat de plannen, die in de contingentering zijn opgenomen, niet tijdig gereed zijn. Dit betekent, dat de voortgang van die plannen aan een voortdurende controle moet worden onderworpen en dat zich eventueel aandienende knelpunten zo spoedig mogelijk moeten worden gesignaleerd en verholpen. Daarnaast moet een extra veiligheid worden ingebouwd in de vorm van plannen, die zonodig ter vervanging kunnen dienen als de oorspronkelijke plannen om enigerlei reden toch moeten afhaken. Daarnaast - zie onder 5 - hebben deze additionele plannen ten doel een harde onderbouwing te leveren voor de contingentsaanvraag 1983. Om het vorenstaande zo goecfc mogelijk te begeleiden is met ingang van 1 april 1982 een stuurgroep knelpunten woning bouw in het leven geroepen, waarin - onder voorzitterschap van de betrokken portefeuillehouder - de vertegenwoordigers van de drie woningbouwverenigingen, de dienst openbare werken, afdeling stadsontwikkeling en het projectenbureau zitting hebben. Deze stuurgroep komt met uitzondering van de vakantietijd wekelijks bijeen, zodat een intensief toezicht op de voortgang mogelijk is. De bouw van HAT-eenheden Het lijkt ons juist om in het licht van het vorenstaande nog enige speciale aandacht te besteden aan de realisering van H.A.T.-eenheden. Uit de Nota Volkshuisvesting (hoofdstuk 3) blijkt, dat in het geprogrammeerde aantal van 2700 woningwetwoningen 800 H.A.T.-eenheden begrepen zijn. Van deze 800 eenheden zijn er in 1981 113 gerealiseerd, terwijl de produktie voor 1982 en 1983 op plm. 67 en 264 wordt geraamd, derhalve een totaal van 444 eenheden. In 1984 en 1985 dienen derhalve nog 180 eenheden per jaar te worden gebouwd. Deze aantallen geven op zich - maar wel afgezien van de contingentering in die jaren - geen bijzondere problemen. Eén facet van de bouw van de HAT-eenheden is thans in studie: de plaats waar zij gebouwd moeten worden. Vanuit de woningcorporaties' hebben ons namelijk onlangs signalen bereikt, dat zij de bouw van de bedoelde eenhe den het liefst zouden zien in gebieden in of onmiddellijk aansluitend op de binnenstad. Men geeft er dan in dit verband de voorkeur aan de in de Haagse Beemden voorziene HAT-eenheden te vervangen door - kleine - woningwetwo ningen. Uitgangspunt voor de corporaties is daarbij, dat de doelgroep, die door middel van de H.A.T.-woning wordt be reikt, het wonen in of nabij de binnenstad prefereert boven het wonen in uitleggebieden -7-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1982 | | pagina 1227