bijl. nr. 289
De 1e en 2e begrotingswijziging hebben betrekking op het nood
zakelijke bouwrijp maken van een aantal kleinere percelen grond.
Ons college spreekt haar zeer grote zorg uit omtrent de huidige
ontwikkeling. Door de geringe verkoop van industriegrond ten
opzichte van de in de kostprijs verwerkte ramingen, alsmede de
nog hoge rentestand zal het moment weldra aanbreken waarop de
verkoopprijzen moeten worden aangepast. Een zorgvuldige afwe
ging ten opzichte van de marktprijzen is dan ook geboden.
Ter zake dient opgemerkt, dat de uitgifteprognose vanaf 1 janu
ari 1979 tot op heden een achterstand vertoont van circa 35 hec
tare. Onder druk hiervan verdient het aanbeveling dat het Schap
voortgaat met het omzetten van een groot gedeelte van haar kort-
geldfinanciering in leningen op langere termijn ten einde de
stijging van de rentelasten te kunnen beperken.
Zoals Uw raad bekend is, hebben wij bij brief van 29 januari
1981, nr. EZ/81998 aan de ministeries van economische en
sociale zaken onder andere verzocht om "een uitbreiding van de
R.O.T. (Ruimtelijke Ordenings Toeslag), buiten de gemeentegren
zen van de Groeistad Breda, met name toegespitst op de indus
trieterreinen van het I.H.M. en de gemeente Oosterhout."
Uit hierna gevoerde correspondentie* blijkt vooralsnog geen
direct uitzicht op deze R0T-uitbreiding
De in deze begroting verwerkte retributieheffing, welke reeds
in 1981 Koninklijke Goedkeuring heeft verkregen, is door een
aantal op het Schap gevestigde bedrijven aanleiding geweest
tot het aanspannen van een gerechtelijke procedure, welke
momenteel nog niet tot een uitspraak heeft geleid.
Vermeldt dient nog, dat de opbrengsten uit haven- en kadegelden
inmiddels een stijging vertonen waaruit afgeleid kan worden,
dat het aantal scheepvaartbewegingen en daaruit voortvloeiende
overige activiteiten een gunstig beeld vertonen.
Uit bovenstaande valt te concluderen dat de toekomstige finan
ciële situatie (ondanks een lichte verbetering t.o.v. 1982)
niet rooskleurig is en dat, indien geraamde en gunstiger ont
wikkelingen uitblijven, wellicht een situatie kan ontstaan waar
bij de deelnemers in financiële zin aangesproken zouden kunnen
worden
Ons college is voornemens, binnen afzienbare tijd Uw raad een
notitie aan te bieden, waarin getracht zal worden een zo nauw
keurig mogelijke indicatie te geven van deze eventuele finan
ciële risico's; een en ander te bewerkstelligen na advisering
door de commissies economische zaken en financiën.
- 1 -